Hof oordeelt dat het verzoek om cessantia-uitkering niet onterecht is afgewezen door de SVB. Geen sprake van gezagsverhouding tussen werknemer en werkgever, onder meer vanwege familierelatie

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende was vanaf 1982 werkzaam bij het familiebedrijf (hierna: “het bedrijf”). In de periode 1993 tot 2003 was hij statutair directeur en vanaf 2003 was hij procuratiehouder. Per 1 augustus 2016 is hij, net als anderen, wegens bedrijfseconomische redenen ontslagen. In oktober 2018 heeft hij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) van Curaçao op grond van ...

Hof oordeelt dat de directeuren-aandeelhouders van de NV niet kunnen worden aangemerkt als werknemer in de zin van de Cessantialandsverordening en dat NV reeds hierom de voorziening niet kan vormen. Uitspraak van het Gerecht bevestigd

Belanghebbende is opgericht als naamloze vennootschap. In het in geschil zijnde jaar (2011) waren “L” en “F” ieder bestuurder van belanghebbende en houdster van 50% van de aandelen in belanghebbende. Belanghebbende exploiteert een basisschool namens een stichting (hierna: de Stichting). De directie van de basisschool wordt gevormd door L als directeur en F als adjunct-directeur. Geen van beiden heeft een relatie met de leden van het bestuur van de Stichting ...

Geen cessantia-voorziening voor directieleden: redelijke mate van zekerheid onvrijwillig ontslag niet aannemelijk gemaakt; geen verzuimboete vanwege pleitbaar standpunt

Samenvatting zaak In deze zaak oordeelt het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (hierna: het Gerecht) over de vraag of belanghebbende, een in Curaçao gevestigde naamloze vennootschap, ten laste van de winst een cessantie-voorziening mag vormen die betrekking heeft op twee directieleden van een basisschool die hun directieactiviteiten hebben ondergebracht in belanghebbende. Het Gerecht komt tot het oordeel dat belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat er een redelijke mate van ...