Tijdig aangifte OZB over 2015 gedaan: navordering niet mogelijk omdat het niet voldoen aan de aangifteplicht een voorwaarde is voor het toepassen van de verlengde navorderingstermijn. Ook geen toepassing verlengde navorderingstermijn van de ALL: de bepalingen van de artikelen 10 en 10a LvOZB hebben te gelden als ‘lex specialis’ en dienen daarom met voorrang op de algemene regeling te worden toegepast

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft op 27 februari 2020 op grond van artikel 10a van de Landsverordening onroerendezaakbelasting (hierna: LOZB) aangifte onroerendezaakbelasting (OZB) over het jaar 2015 gedaan. Op 11 augustus 2020 is ter zake van de onroerende zaak aan belanghebbende een aanslag OZB voor het jaar 2015 opgelegd. Aan belanghebbende is niet eerder een aanslag ...

Hof van oordeel dat het Gerecht ten onrechte ambtshalve heeft geoordeeld dat de bewijslast dient te worden omgekeerd en verzwaard: correctie met betrekking tot de vervreemding van de materiële vaste activa moet met inachtneming van de normale regels van bewijslastverdeling worden beoordeeld. Inspecteur slaagt niet in bewijslast, de correctie vervalt

Samenvatting zaak In deze Curaçaose winstbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende, gevestigd te Curaçao, vormde vanaf 1 januari 2007 tot en met 1 januari 2012 een fiscale eenheid met haar dochtermaatschappij (hierna: “de NV”). In het jaar 2011 was de NV de enige klant van belanghebbende. Op 19 november 2012 heeft belanghebbende materiële activa (uitgezonderd onroerend goed) aan de NV verkocht voor een bedrag van NAf 350.000. Op ...

Verzuimboete hangende de beroepsprocedure vernietigd. Inspecteur veroordeeld in de proceskosten die belanghebbende redelijkerwijs heeft moeten maken, maar niet voor het verschijnen ter zitting omdat belanghebbende al vóór de zitting wist dat de boete vernietigd was

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende is een naheffingsaanslag winstbelasting over het jaar 2016 opgelegd van nihil. Daarbij is een verzuimboete opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de boete. De Inspecteur heeft uitspraak op bezwaar gedaan en de boete gehandhaafd. Daartegen is belanghebbende in beroep gekomen. Hij heeft daarvoor een bedrag aan griffierecht betaald van NAf 150 ...

Gerecht van oordeel dat ook personen die werkzaam zijn op basis van een civielrechtelijk contract gemandateerd kunnen worden om namens de Inspecteur te handelen. In dit geval moet de bedoeling van de wetgever prevaleren boven een zuiver grammaticale interpretatie. Belanghebbende is ook niet benadeeld. Uitspraken op bezwaar bevoegd en dus rechtsgeldig opgelegd en vaststellingsovereenkomst rechtsgeldig gesloten

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak (tussenuitspraak) is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende zijn naheffingsaanslagen winstbelasting over de jaren 2009, 2010, 2011 en 2012 opgelegd. Ook zijn vergrijpboete opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslagen en de boetes. In de bezwaarfase zijn de zaken namens de Inspecteur behandeld door persoon ‘C’. Op 12 juni 2019 is een vaststellingsovereenkomst gesloten tussen belanghebbende en ...

Belanghebbende stelt pas bij ontvangst van een dwangschrift op de hoogte te zijn gekomen van de naheffingsaanslag. Inspecteur levert geen bewijs dat de aanslag tijdig en rechtsgeldig aan belanghebbende is verstuurd: bezwaartermijn later aangevangen. Te weinig bekend over de inhoud van de zaak: terugwijzing naar de Inspecteur met opdracht binnen zes maanden te beschikken

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende is met dagtekening 26 juni 2019 een naheffingsaanslag winstbelasting voor het jaar 2017 opgelegd. Daarbij is een verzuimboete opgelegd wegens het niet of niet tijdig doen van aangifte. Belanghebbende heeft op 5 juni 2020 tegen de naheffingsaanslag en de verzuimboete bezwaar gemaakt. De Inspecteur heeft het bezwaar vanwege termijnoverschrijding niet-ontvankelijk verklaard ...

Gelet op poststempel is uitspraak op bezwaar na dagtekening ter post bezorgd: beroepstermijn vangt pas de dag na datum poststempel aan. De in het bezwaar aangevoerde argumenten zijn geheel onbesproken gebleven en het bezwaar is zonder motivering afgewezen. Gerecht acht een dergelijke handelwijze – die (veel) vaker voorkomt – niet alleen onjuist, maar die druist ook in tegen wat van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft aangifte inkomstenbelasting en sociale premies over het jaar 2016 gedaan. Het belastbaar inkomen bedraagt volgens de aangifte NAf 24.796. Aan belanghebbende is een aanslag premies AOV/AWW opgelegd naar een premie-inkomen van NAf 25.708. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslag, maar de Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar de aanslag gehandhaafd ...

Gerecht verwerpt stelling dat het verweerschrift van de Inspecteur vanwege de late indiening tardief moet worden verklaard: belanghebbende heeft de mogelijkheid gekregen en ook benut om op het verweerschrift te reageren en is derhalve niet in zijn procespositie geschaad. Overigens acht het Gerecht het zeer onwenselijk en in strijd met een de Inspecteur passende zorgvuldige werkwijze om slechts enkele dagen voor de zitting een verweerschrift in te dienen

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende is een voorlopige aanslag inkomstenbelasting voor het jaar 2020 opgelegd. Daartegen heeft belanghebbende bezwaar gemaakt. In zijn bezwaarschrift van 28 september 2020 heeft belanghebbende vermeld dat hij inmiddels gepensioneerd is, dat op het pensioen inhoudingen plaatsvinden en dat het opleggen van een voorlopige aanslag niet nodig lijkt. Bij e-mail van 28 ...

Ondanks te late indiening heeft de Inspecteur het bezwaar ontvankelijk verklaard. Rechter mag niet ambtshalve of op initiatief van de Inspecteur de door de Inspecteur uitgesproken ontvankelijkheid van het bezwaar toetsen

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende zijn op 11 november 2016 aanslagen inkomstenbelasting en premie AVBZ voor het jaar 2012 opgelegd. Tegelijkertijd is een verzuimboete opgelegd. Belanghebbende heeft op 18 januari 2017 daartegen bezwaren gemaakt. De Inspecteur heeft op 20 november 2020 uitspraken op bezwaar gedaan en de aanslagen gehandhaafd. Belanghebbende heeft op 25 februari 2021 beroep ...

Naar het oordeel van het Gerecht kan het ook onmiddellijk uitspraak doen ten aanzien van een bij intrekking van het beroep gedaan kennelijk gegrond verzoek om vergoeding van proceskosten en/of griffierecht. Uitsluitend onjuist toepassen wettelijke regel vormt in onderhavige geval geen bijzondere omstandigheid voor afwijking van de forfaitaire vergoedingsregeling

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende zijn een aanslag premies AOV/AWW en een aanslag premie AVBZ voor het jaar 2017 opgelegd. Belanghebbende heeft op 8 april 2019 tegen bovengenoemde aanslagen bezwaar gemaakt en is op 4 januari 2021 in beroep gekomen tegen het niet tijdig doen van uitspraken op bezwaar. Daarvoor is een bedrag aan griffierecht betaald ...

Gerecht past voortaan een hogere wegingsfactor van 0,5 toe bij vaststellen proceskostenvergoeding ingeval van beroep tegen het niet tijdig doen van uitspraak

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende zijn aanslagen inkomstenbelasting en premie AVBZ voor het jaar 2017 opgelegd. Belanghebbende heeft op 4 april 2019 tegen bovengenoemde aanslagen bezwaar gemaakt en is op 4 januari 2021 in beroep gekomen tegen het niet tijdig doen van uitspraken op bezwaar. Daarvoor is een bedrag aan griffierecht betaald van NAf 50. Partijen ...

Hersteluitspraak. Verkeerd vermelden van de woonplaats van belanghebbende en van de zetel van de Inspecteur vormen kennelijke verschrijvingen die zich lenen voor herstel

Op 4 maart 2022 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: het Gerecht) uitspraak gedaan in een zaak. In die uitspraak staat: “[Belanghebbende], wonende te Curaçao” en “DE INSPECTEUR DER BELASTINGEN, zetelend in Curaçao”. Bij mail van 9 maart 2022 heeft de Inspecteur om herstel van de uitspraak verzocht nu de belanghebbende woont te “Sint Eustatius” en de Inspecteur gezeteld is in “Bonaire”. Het ...

Naar het oordeel van het Gerecht leidt de doorzendverplichting uitzondering als belanghebbende niet bedoeld heeft om beroep in te stellen tegen de uitspraak op bezwaar. Geschrift ingediend door professionele rechtshulpverlener en kennelijk bedoeld als verzoek aan Inspecteur om heroverweging: termijnoverschrijding niet verschoonbaar

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende is een aanslag inkomstenbelasting voor het jaar 2009 opgelegd. Belanghebbende heeft daartegen bezwaar gemaakt, maar de Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar van 29 juni 2012 belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar. Hiertegen heeft belanghebbende op 6 juli 2012 bij de Inspectie der belastingen bezwaar gemaakt. Op 29 juli 2020 heeft ...

Niet motiveren van de naheffingsaanslagen en de boetes, niet doen van uitspraak op bezwaar en in een zeer laat stadium indienen van een verweerschrift is schending van de goede procesorde waardoor belanghebbende is geschaad. Gerecht had belanghebbende (rechts)bescherming moeten verlenen en tegemoet moeten komen aan het verzoek om schorsing en aanhouding. Hof wijst zaak terug naar het Gerecht

Samenvatting zaak In deze Curaçaose inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn over de jaren 2009 tot en met 2016 naheffingsaanslagen winstbelasting en boetes vanwege het niet tijdig betalen van de aangegeven winstbelasting opgelegd. Daarbij heeft de Inspecteur een (rente)correctie (rentebaten) in aanmerking genomen over een renteloze vordering die belanghebbende had op de directeur-grootaandeelhouder. Belanghebbende heeft ter behoud van rechten bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslagen en verzuimboetes ...

Inspecteur heeft niet ernstig onzorgvuldig gehandeld door de waarde van de onroerende zaak in eerste instantie te hoog vast te stellen. De redelijke termijn ter bepaling van de immateriële schadevergoeding eindigt bij intrekking van het beroep of, als dat eerder is, op het moment dat de verminderingsaanslag is bekend gemaakt

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende is een aanslag onroerendezaakbelasting (hierna: OZB) voor het jaar 2014 opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslag. De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar de aanslag verminderd. Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Inspecteur beroep ingesteld bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (hierna: het Gerecht). Belanghebbende heeft ...

Inspecteur heeft vergaand onzorgvuldig gehandeld door in de fase van aanslagregeling een aanzienlijke correctie aan te brengen met als motivering dat belanghebbende bepaalde bewijzen niet heeft geleverd, terwijl de Inspecteur niet om die bewijzen heeft gevraagd en belanghebbende die bewijzen niet uit eigen beweging hoefde te leveren. Ook in de bezwaarfase vergaand onzorgvuldig gehandeld door, ondanks een uitgebreide motivering in het bezwaarschrift, zonder enig nader onderzoek en zonder onderbouwing het bezwaar af te wijzen

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende zijn definitieve aanslagen inkomstenbelasting, premies AVBZ, AOV/AWW en BVZ voor het jaar 2016 opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslagen. De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar de aanslagen gehandhaafd. Belanghebbende heeft tegen de uitspraken van de Inspecteur beroep ingesteld bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (hierna: het ...

Belanghebbende heeft niet binnen twee weken na het bekend worden met de aanslagen bezwaar ingediend, derhalve niet ‘zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk’: bezwaartermijn overschreden, bezwaar niet ontvankelijk. Hof bevestigt de uitspraak van het Gerecht

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Naar aanleiding van een boekenonderzoek zijn in 2017 en 2018 naheffingsaanslagen winstbelasting, omzetbelasting, loonbelasting, premies AOV/AWW, premie AVBZ en premie BVZ opgelegd. Belanghebbende heeft op 27 september 2019 tegen de aanslagen en boetes bezwaar gemaakt. Deze bezwaarschriften zijn buiten de wettelijke termijn van twee maanden ingediend. Belanghebbende heeft vervolgens beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op de bezwaren ...

Ter zitting bereiken partijen een compromis over de waarde van de onroerende zaak, het Hof beslist dienovereenkomstig. Hoger beroep dus gegrond: Inspecteur moet het door belanghebbende betaalde griffierecht vergoeden

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak inzake een aanslag onroerendezaakbelasting is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak. Voor het jaar 2014 is aan belanghebbende een aanslag onroerendezaakbelasting (hierna: de aanslag OZB) opgelegd naar een belastbare waarde van NAf 720.000. Na tegen de belaste waarde en aanslag bezwaar te hebben gemaakt, heeft de inspecteur bij uitspraak op bezwaar de waarde verminderd naar een belastbare waarde ...

Piloot met tijdelijk kortdurend contract bij Curaçaose luchtvaartmaatschappij voor hele jaar als niet-inwoner aangemerkt. Ook wordt de dienstbetrekking geacht niet in Curaçao te zijn vervuld (vide artikel 2 LIB). Verrekening in de heffingssfeer van onterecht terugontvangen premies met terug te ontvangen loonbelasting wettelijk niet mogelijk

In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende is gehuwd en heeft twee kinderen die in het onderhavige jaar (2015) dertien respectievelijk zeven jaar oud waren. Belanghebbende en haar echtgenoot bezitten een huis in Nederland dat sinds 2001 voor hen als woning dient. In de periode 30 maart 2015 tot en met 21 november 2015 is belanghebbende als piloot werkzaam geweest bij ...

Annotatie bij Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, 5 januari 2022, ECLI:NL:OGEAC:2022:10 – mr. K.M.G. Demandt

door mr. K.M.G. Demandt Betreft: ECLI:NL:OGEAC:2022:10. Voor een samenvatting van deze belastingzaak door de redactie van het CFN, zie dit artikel in het CFN van 11 februari 2022, nr. 2022/10, met als INHOUDSINDICATIE: Wegens te laat doen van aangifte opgelegde verzuimboetes vernietigd, omdat belanghebbende de aanmaningen om alsnog binnen een bepaalde termijn de aangiften inkomstenbelasting te doen niet heeft ontvangen. Redelijke termijn met 4 maanden verlengd vanwege de brand in ...

Conclusies A-G in zaken waarin de Nederlandse belastingdienst bij de burgerlijke rechter in Curaçao verklaring van recht vordert dat de Curaçaose vennootschap – op naam waarvan aanslagen zijn gesteld – nog bestaat. Betreft de nationale bevoegdheidsverdeling/rechtsmachtsverdeling tussen de burgerlijke rechter en de belastingrechter en de vraag of deze verdeling ook geldt in interregionaal verband

Samenvatting zaak Advocaat-Generaal (A-G) mr. E.M. Wesseling-van Gent heeft op 24 december 2021 conclusie genomen in een viertal samenhangende Curaçaose civielrechtelijke zaken waarin – kort en zakelijk weergegeven – rechtsvragen aan de orde komen inzake de nationale bevoegdheidsverdeling/rechtsmachtsverdeling tussen de burgerlijke rechter en de belastingrechter, meer in het bijzonder of deze verdeling ook geldt in interregionaal verband. De strekking van artikel 40 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden ...

Uitspraken op bezwaar pas na de datum van dagtekening ter post bezorgd. Hoewel na kennisneming van de uitspraken nog een beroepstermijn van 7 weken resteerde, wordt het beroepschrift buiten de termijn van twee maanden na ter post bezorging ingediend: beroep op verschoonbare termijnoverschrijding faalt

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende zijn aanslagen inkomstenbelasting en premies AOV/AWW, AVBZ en BVZ voor het jaar 2014 opgelegd. Tegelijkertijd met de aanslag inkomstenbelasting is een verzuimboete opgelegd van NAf 250. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslagen. De Inspecteur heeft op 9 oktober 2020 uitspraken op bezwaar gedaan en de bezwaren niet-ontvankelijk verklaard. Ook heeft ...

Wegens te laat doen van aangifte opgelegde verzuimboetes vernietigd, omdat belanghebbende de aanmaningen om alsnog binnen een bepaalde termijn de aangiften inkomstenbelasting te doen niet heeft ontvangen. Redelijke termijn met 4 maanden verlengd vanwege de brand in het belastingkantoor en met 3 maanden vanwege de coronacrisis (met annotatie van mr. K.M.G. Demandt)

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende had voor het belastingjaar 2015 uitstel voor het indienen van de aangifte inkomstenbelasting tot 30 juni 2017 en heeft de aangiftebiljetten inkomstenbelasting voor de jaren 2015 en 2016 op 12 juli 2018 ingediend. Met dagtekening 5 april 2019 heeft de Inspecteur aanslagen inkomstenbelasting voor de jaren 2015 en 2016 opgelegd. Daarbij heeft ...

B.V. die aandelen in dochtermaatschappij houdt kwalificeert als vrijgestelde vennootschap: in de inkomstenbelasting dient niet het daadwerkelijk genoten bedrag in aanmerking te worden genomen maar het fictief rendement. Aangifte gedaan zonder winst uit aanmerkelijk belang aan te geven: grove onachtzaamheid en daarom grove schuld, vergrijpboetes

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende bezit 50% van de aandelen in een besloten vennootschap (B.V.). B.V. is in januari 2006 opgericht en bezit 100% van de aandelen in een naamloze vennootschap (N.V.), een vennootschap waarin feitelijke activiteiten worden verricht. In februari 2006 heeft B.V. bij brief de status van vrijgestelde vennootschap aangevraagd. Belanghebbende heeft aangifte inkomstenbelasting over 2009 ...

Belanghebbende maakt als dochtervennootschap deel uit van een fiscale eenheid. Door desondanks tegen beter weten in belastingaanslagen en boetes op te leggen handelt de Inspecteur ernstig onzorgvuldig: recht op bezwaarkostenvergoeding

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende maakt sinds 1 januari 2010 als dochtervennootschap deel uit van een fiscale eenheid. Aan belanghebbende zijn naheffingsaanslagen winstbelasting voor de jaren 2016 en 2017 opgelegd. Tevens zijn verzuimboetes NAf 2.700 opgelegd. Belanghebbende heeft daartegen bezwaar gemaakt en heeft vervolgens tegen het niet tijdig doen van uitspraken op bezwaar beroep ingesteld bij het Gerecht ...

Belanghebbende komt in aanmerking voor proceskostenvergoeding: dat de DGA tevens een van de partners is van een kantoor dat als gemachtigde optreedt, doet daar niet aan af. Ook bezwaarkostenvergoeding: tijdig aangifte winstbelasting ingediend en belasting betaald, opleggen belastingaanslag en verzuimboete ernstig onzorgvuldig

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Aan belanghebbende is een naheffingsaanslag winstbelasting voor het jaar 2017 opgelegd en tevens een boete voor te late betaling. Belanghebbende heeft daartegen bezwaar gemaakt en vervolgens beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraak op bezwaar. Belanghebbende heeft het beroep ingetrokken omdat de Inspecteur (gedeeltelijk) aan het bezwaar is tegemoetgekomen. Tegelijk met de ...

Naar het oordeel van het Gerecht vormt de door de Inspecteur gestelde omstandigheid dat offshore vennootschappen “met fluwelen handschoenen worden behandeld” geen reden om de (in jurisprudentie vastgestelde) aanslagtermijn van 10 jaar te verlengen, ook niet als sprake is van slecht aangiftegedrag

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende was vóór 1 januari 2002 onderworpen aan het zogenoemde ‘offshore-regime’. Ingevolge artikel VI, lid 10 van de Overgangsregeling 2001 (P.B. 1999, no. 244) is de Landsverordening op de Winstbelasting 1940, zoals deze luidde op 31 december 1999 (hierna: LWB oud) van toepassing gebleven op lichamen die vóór 1 januari 2002 waren onderworpen aan ...

Uitspraak op bezwaar naar verkeerde adres verstuurd: niet op juiste wijze bekend gemaakt, beroepstermijn vangt pas aan op moment van ontvangst. Privé gebruik auto terecht gecorrigeerd. Correcties utiliteitskosten en overige algemene kosten vervallen wegens het te laat opvragen van bewijsstukken

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende drijft een eenmanszaak en heeft voor het jaar 2016 aangifte gedaan naar een belastbaar inkomen bestaande uit winst uit onderneming en persoonlijke verminderingen. Belanghebbende heeft in zijn resultatenrekening de volgende kostenposten opgevoerd: utiliteitskosten, kosten onderaannemers en overige algemene kosten. De Inspecteur heeft bij het opleggen van de aanslag deze kostenposten niet geaccepteerd vanwege ...

Gerecht gaat er van uit dat het bezwaar ontvankelijk is verklaard: Inspecteur kan in de beroepsfase niet meer tegenwerpen dat het bezwaar niet ontvankelijk is. Terecht beschikkingen “geen aanslag” afgegeven. Betalingen ter zake van levensonderhoud dochter vormen geen aftrekbare studiekosten en het collegegeld wordt geacht te zijn gedekt door de ontvangen studiefinanciering

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft een dochter die in de onderhavige jaren 2015 en 2016 aan de Universiteit van Leiden studeerde. Zij ontving studiefinanciering van Dienst Uitvoering Onderwijs. Belanghebbende heeft op 7 juli 2019 voor het jaar 2015 aangifte gedaan en heeft daarbij een bedrag van NAf 7.378 als buitengewone lasten in aftrek gebracht. Het betreft studiekosten ...

Gerecht oordeelt dat de handelwijze van de Inspecteur ernstig onzorgvuldig is en stelt in goede justitie een bovenforfaitaire vergoeding vast. Immateriële schadevergoeding wegens overschrijding redelijke termijn wordt pas toegekend in procedures waarin op of na 1 oktober 2018 een bezwaarschrift is ingediend: daarvan is in dit geval geen sprake

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende is met dagtekening 29 juni 2017 een naheffingsaanslag winstbelasting over het jaar 2015 opgelegd. Daarbij is een verzuimboete opgelegd. Belanghebbende heeft op 25 augustus 2017 pro forma bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslag en de verzuimboete. De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar van 22 mei 2018 de naheffingsaanslag en verzuimboete verminderd naar nihil. Belanghebbende heeft op ...

Beroep tegen niet-tijdig beslissen niet-ontvankelijk vanwege termijnoverschrijding: geen proceskostenveroordeling. Volledig tegemoetgekomen aan bezwaren: beroep niet geacht mede betrekking te hebben op de reële uitspraak. Ondanks verlenging redelijke termijn met vier maanden vanwege brand belastingkantoor, toch termijnoverschrijding van zes maanden: immateriële schadevergoeding toegekend

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is een te Curaçao gevestigd lichaam dat vóór 1 januari 2002 onderworpen was aan het zogenoemde ‘offshore-regime’ en ten aanzien waarvan ingevolge artikel VI, lid 10 van de Overgangsregeling 2001 (P.B. 1999, no. 244) de Landsverordening op de Winstbelasting 1940 zoals deze luidde op 31 december 1999 (hierna: “LWB (oud)”) van toepassing is gebleven. Aan belanghebbende is ...