Belanghebbende slaagt er niet in de hoogte van de integrale proceskosten aannemelijk te maken: niet duidelijk hoe het geclaimde bedrag moet worden verdeeld over hem en zijn echtgenote en een deel van de kosten is niet betaald. Forfaitaire proceskostenvergoeding wél toegekend. Overgrote deel van de kosten ziet op een strafzaak waarin belanghebbende werd vervolgd voor het doen van onjuiste aangiften en werd vrijgesproken. Dit betreffen geen kosten in de onderhavige belastingzaak. Voor die kosten kan een vordering worden ingediend bij de civiele rechter of de strafrechter
Samenvatting zaak In deze twee, vrijwel identieke en vermoedelijk ook met elkaar samenhangende, Curaçaose zaken (ECLI:NL:OGEAC:2024:46 respectievelijk ECLI:NL:OGEAC:2024:48) is het volgende aan de orde. De onderstaande samenvatting is overigens gebaseerd op ECLI:NL:OGEAC:2024:46. Aan belanghebbende zijn (navorderings)aanslagen inkomstenbelasting met boetes opgelegd. Belanghebbende heeft daartegen bezwaar gemaakt en heeft het bezwaarschrift later aangevuld, met onder meer een compromisvoorstel. Vervolgens heeft belanghebbende beroep ingesteld wegens fictieve weigering van de Inspecteur om te beslissen ...
Bijzondere omstandigheden voor veroordeling van de Inspecteur tot een integrale (proces)kostenvergoeding in ‘complexe zaak’ niet aannemelijk gemaakt. Ook niet voldaan aan de bewijslast ter zake van het ‘forse bedrag’ aan kosten. Inspecteur wel veroordeeld tot een forfaitaire proceskostenvergoeding
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn naheffingsaanslagen winstbelasting opgelegd alsmede vergrijpboetes. Belanghebbende heeft daartegen bezwaar gemaakt en is later in beroep gekomen tegen de uitspraken op bezwaar. In de bezwaarschriften heeft belanghebbende primair verzocht om een integrale vergoeding van de kosten van bezwaar op grond van artikel 6.2, lid 3 van de Ministeriële regeling formeel belastingrecht en subsidiair om een forfaitaire ...
Hoge Raad gaat ervan uit dat de indiener van het beroepschrift niet bevoegd was om namens X beroep in cassatie in te stellen omdat de indiener de gevraagde machtiging of verklaring niet heeft overgelegd: cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard
Samenvatting zaak De Hoge Raad heeft vandaag, 15 maart 2024, het ingestelde beroep in cassatie tegen de uitspraak van 10 juli 2023 van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (ECLI:NL:OGHACMB:2023:129) niet-ontvankelijk verklaard (ECLI:NL:HR:2024:421). Het beroep in cassatie is volgens het beroepschrift ingesteld namens ‘X’. De indiener van het beroepschrift heeft bij het instellen van beroep in cassatie een machtiging overgelegd ...
MinFin waarschuwt voor ‘kans op strafblad’ bij niet tijdig indienen aangifte winstbelasting. Voorlopige aangifte winstbelasting 2023 en betaling verschuldigde belasting uiterlijk 2 april, de dinsdag na Pasen (Curaçao)
Winstbelastingplichtigen dienen uiterlijk dinsdag 2 april 2024 de voorlopige aangifte winstbelasting 2023 in te dienen en het verschuldigde bedrag aan winstbelasting af te dragen. Dit jaar geldt de genoemde datum van dinsdag 2 april omdat 31 maart op een zondag valt en omdat het op maandag 1 april Tweede Paasdag is. Zo is – enigszins geparafraseerd – bekendgemaakt met een persbericht dat gisteren, dinsdag 12 maart 2024, is geplaatst op ...
‘Belastingstaker voor het klimaat’ krijgt geen korting op belastingaanslag
Samenvatting zaak In deze Nederlandse zaak is het volgende aan de orde, deels gebaseerd op dit nieuwsbericht op de website van de Rechtspraak. Belanghebbende – een inwoonster van Overijssel, Nederland, die zich presenteert als ‘belastingstaker voor het klimaat’ – heeft aangifte voor de inkomstenbelasting gedaan volgens de wet en heeft de opgelegde aanslag betaald. Zij heeft daartegen bezwaar gemaakt en vervolgens stelde beroep ingesteld bij de Rechtbank Gelderland (hierna: de ...
Hoewel de inspecteur had bevestigd dat correspondentie ten aanzien van de naar Curaçao geëmigreerde belanghebbende naar een adres in Nederland verzonden zou worden, is de aanslag IB/PVV naar een postadres in Curaçao verzonden. Anders dan belanghebbende is de Rechtbank toch van oordeel dat de aanslag tijdig is opgelegd en bekendgemaakt
Samenvatting zaak In deze Nederlandse zaak is, onder meer, het volgende aan de orde. Belanghebbende woonde in 2017 in Nederland en stond tot 21 september 2017 in dienstbetrekking tot een N.V. Vanaf 1 juli tot 21 september 2017 was belanghebbende door de N.V. tewerkgesteld bij haar 100% dochteronderneming in Luxemburg (een ‘S.A.’). Belanghebbende heeft gedurende deze periode 32 dagen in Luxemburg gewerkt. Per 21 september 2017 werd de arbeidsovereenkomst van ...
Beroepschrift met toepassing van de Algemene termijnenlandsverordening tijdig ingediend en Gerecht gebonden aan beslissing Inspecteur dat het bezwaar ontvankelijk was. Aangifte IB niet binnen 36 maanden na afloop belastingjaar gedaan: beschikking ‘geen aanslag’ terecht genomen. Gerecht acht aannemelijk dat de bevoegdheid om te beslissen op bezwaarschriften was gemandateerd en passeert het gebrek van het ontbreken van een schriftelijke vastlegging omdat belanghebbende niet is benadeeld. Uit het beroepschrift bleek niet duidelijk dat het mede was gericht tegen een andere beschikking: pas bij latere aanvulling bleek zulks maar toen was de beroepstermijn inmiddels verstreken waardoor het beroep tegen díe beschikking niet-ontvankelijk is
Samenvatting zaak In deze Sint Maartense zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft vanaf juni 1987 tot september 1995 op Sint Maarten gewoond. In 1995 (orkaan Luis) vertrok zij naar Aruba waarna zij in 1996 vanuit Aruba is verhuisd naar Curaçao. In september 2013 is zij door haar werkgever uitgezonden naar Sint Maarten. Op Sint Maarten heeft zij in dienstbetrekking werk verricht tussen oktober 2013 en december 2013 ...
Wijziging Landsbesluit uitvoering internationale bijstandsverlening in het Publicatieblad. Verdere implementatie van CRS, aanpassingen om aan de standaard m.b.t. automatische uitwisseling van informatie (AEOI) te voldoen (Curaçao)
Op maandag 26 februari 2024 is het Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 22ste februari 2024 tot wijziging van het Landsbesluit uitvoering internationale bijstandsverlening (P.B. 2015 no. 58, zoals laatstelijk gewijzigd bij P.B. 2018 no. 9) uitgegeven en geplaatst in het Publicatieblad van Curaçao, jaargang 2024, no. 23 (P.B. 2024 no. 23). Overwegingen In de overwegingen bij het landsbesluit wordt aangegeven dat het land Curaçao, als Internationaal Financieel Centrum, op ...
Inspecteur heeft tegen beter weten in naheffingsaanslagen winstbelasting opgelegd: bezwaarkostenvergoeding vanwege ernstig onzorgvuldige handelwijze. Belanghebbende heeft onbetwist aangevoerd dat zij op basis van individuele beoordeling de hoogte van de dotatie aan de voorziening dubieuze debiteuren heeft bepaald en dat de Inspecteur op basis van niet gepubliceerd, noch kenbaar gemaakt beleid de dotatie aan de voorziening heeft gecorrigeerd. Redelijke termijn overschreden maar wet- en regelgeving in Curaçao voorziet niet in de bevoegdheid van de belastingrechter tot het toekennen van een schadevergoeding, verzoek moet worden gericht aan de burgerlijke rechter
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn naheffingsaanslagen winstbelasting over de jaren 2015 en 2016 opgelegd. Daarbij zijn er verzuimboetes wegens het niet afdragen of te weinig winstbelasting opgelegd. Belanghebbende heeft hiertegen bezwaar gemaakt en heeft daarna beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraken op bezwaar. Partijen zijn in mei 2023 uitgenodigd voor een zitting in juli 2023. Bij e-mailbericht ...
Hoge Raad doet cassatieberoep af met toepassing van artikel 81 RO in zaak waarin het Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelde dat het belastingadvieskantoor inzage moet verlenen in e-mailmappen betreffende Curaçao gerelateerde dienstverlening omdat zulks van belang kan zijn voor de eigen belastingheffing
Samenvatting zaak Vandaag, 16 februari 2024, heeft de Hoge Raad het door belanghebbende ingestelde beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (hierna: het Hof) van 1 februari 2022 (ECLI:NL:GHARL:2022:715) afgedaan met toepassing van artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie (ECLI:NL:HR:2024:256). Kort samengevat en enigszins geparafraseerd, werd in hoger beroep door het Hof geoordeeld dat het belastingadvieskantoor inzage moet verlenen in de e-mailmappen ...
Zodanig late indiening aangiften inkomstenbelasting dat de Inspecteur daarmee redelijkerwijs geen rekening kon houden: vereiste aangifte niet gedaan, omkering en verzwaring bewijslast. Aanslagen berusten op een redelijke schatting, niet onredelijk of willekeurig vastgesteld en de onjuistheid van de schatting is niet op overtuigende wijze aangetoond. Niet gebleken dat sprake is van een situatie als bedoeld in het Landsbesluit beperking kring verzekerden AVBZ: belanghebbende als ingezetene verzekerd en premieplichtig
Samenvatting zaak In deze Sint Maartense zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende, een inwoner van Sint Maarten die derhalve als binnenlands belastingplichtige wordt aangemerkt, zijn voor jaren 2014, 2015 en 2016 aangiftebiljetten inkomstenbelasting uitgereikt. Omdat belanghebbende de aangiftebiljetten niet heeft ingediend zijn aan belanghebbende ambtshalve aanslagen inkomstenbelasting en AVBZ voor de onderhavige jaren opgelegd. Daarbij zijn verzuimboetes wegens het niet tijdig indienen van de aangiftebiljetten opgelegd. Belanghebbende ...
Nadat beroep is ingesteld tegen het niet tijdig beslissen zijn de naheffingsaanslagen door de Inspecteur verminderd naar nihil: proceskostenvergoeding voor de beroepsfase. Geen bezwaarkostenvergoeding omdat de Inspecteur niet ernstig onzorgvuldig heeft gehandeld: belanghebbende was meerdere malen geïnformeerd over zijn fiscale verplichtingen maar heeft daar desondanks niet aan voldaan. Ook geen immateriële schadevergoeding: redelijke termijn van berechting niet overschreden, bovendien voorziet wet- en regelgeving in Sint Maarten niet in de bevoegdheid van de belastingrechter tot het toekennen van een schadevergoeding
Samenvatting zaak In deze Sint Maartense zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn naheffingsaanslagen belasting op bedrijfsomzetten (BBO) opgelegd. Belanghebbende heeft daartegen op 20 oktober 2020 bezwaar gemaakt en heeft vervolgens op 11 juli 2022 beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraken op bezwaar. De Inspecteur heeft op 16 december 2022 de naheffingsaanslagen verminderd naar nihil. Belanghebbende heeft vervolgens het beroep ingetrokken omdat de Inspecteur ...
Belastingrechter verklaart zich bevoegd om uitspraak te doen in zaak over (afgewezen) verzoeken om ontheffing van grondbelasting wegens minstens 6 achtereenvolgende maanden ongebruikt en onverhuurd zijn gebleven resp. wegens gehele of gedeeltelijke vernieling door een onvoorziene ramp, maar oordeelt dat daarop in casu geen recht bestaat. Voor wat betreft de tariefkwestie van de grondbelasting 2019, 2020 en 2021 wordt verwezen naar de eerdere vergelijkbare zaak en het arrest van de Hoge Raad waarin prejudiciële vragen werden beantwoord. Geen immateriële schadevergoeding: redelijke termijn van berechting weliswaar overschreden, maar wet- en regelgeving in Aruba voorziet niet in de bevoegdheid van de belastingrechter tot het toekennen van een schadevergoeding
Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van een onroerende zaak. De onroerende zaak betreft twee percelen en een opstal. Aan belanghebbende zijn ter zake van de onroerende zaak aanslagen grondbelasting voor de jaren 2019, 2020 en 2021 opgelegd waartegen belanghebbende bezwaar heeft gemaakt. Vervolgens heeft belanghebbende beroepen ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraak op de bezwaren. Ook heeft belanghebbende ...
Hof kon de zaak niet terugwijzen naar het Gerecht omdat het Gerecht niet de onbevoegdheid of niet-ontvankelijkheid heeft uitgesproken. Wet- en regelgeving in Curaçao voorziet niet in de bevoegdheid van de belastingrechter tot het toekennen van een schadevergoeding, ook geen overeenkomstige toepassing van de Lar voor de toekenning van een schadevergoeding in belastingzaken. Hof moet volstaan met de constatering dat de redelijke termijn is overschreden, alleen de burgerlijke rechter is bevoegd om een schadevergoeding toe te kennen. En voor zover het een boetebeschikking betreft geldt als uitgangspunt dat overschrijding van de redelijke termijn behoort te leiden tot vermindering van de boete
De Hoge Raad heeft afgelopen vrijdag, 19 januari 2024, een belangwekkend arrest gewezen op het gebied van het Caribische belastingprocesrecht (ECLI:NL:HR:2024:50). Dit arrest bevat enkele voor de Caribische procespraktijk belangrijke en relevante rechtsontwikkelingen, waaraan wij hieronder uitgebreid aandacht besteden. INDICATIE KORT SAMENGEVAT Het betreft in casu het door belanghebbende ingestelde beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (hierna: het Hof) van 10 maart 2021, ECLI:NL:OGHACMB:2021:85, ...
Nu belanghebbende is bijgestaan door een medewerker van het eigen kantoor is geen sprake van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand: geen proceskostenvergoeding
Samenvatting zaak In deze Sint Maartense zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de afdracht op eigen aangifte loonbelasting en premieheffing AVBZ. Vervolgens heeft belanghebbende beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraak op de bezwaren. Ter zitting van het Gerecht heeft belanghebbende het beroep ingetrokken omdat de Inspecteur aan haar bezwaren is tegemoetgekomen. Daarbij heeft zij verzocht om vergoeding van proceskosten en het ...
Beleid inzake tijdelijke aanscherping strafrechtelijke vervolging bij het niet doen van aangifte winstbelasting (Curaçao)
De Sectordirecteur Fiscale Zaken heeft op 10 januari 2024 beleid uitgevaardigd inzake de tijdelijke aanscherping van strafrechtelijke vervolging bij het niet doen van aangifte winstbelasting. In de inleiding van het beleid wordt door de Sectordirecteur Fiscale Zaken naar voren gebracht dat in de praktijk is komen vast te staan dat slechts om en nabij 55% van de belastingplichtigen voldoet aan de aangifte verplichtingen ter zake van de winstbelasting. In het ...
Eindejaarsbesluit 2023 in het Staatsblad met wijzigingen in het Uitvoeringsbesluit Belastingwet BES: herstel van omissie bij verwijzing naar bevoegde rechterlijke instanties (Caribisch Nederland)
Vandaag, woensdag 27 december 2023, is het Besluit van 20 december 2023 tot wijziging van enige uitvoeringsbesluiten op het gebied van de belastingen en enige andere besluiten (Eindejaarsbesluit 2023) uitgegeven en geplaatst in het Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden, jaargang 2023, nr. 511 (Stb. 2023, 511). In dit wijzigingsbesluit (Eindejaarsbesluit 2023) is een aantal wijzigingen opgenomen van enkele uitvoeringsbesluiten op het terrein van belastingen, toeslagen en douane. De wijzigingen ...
De Inspecteur heeft zonder een vraag te stellen en zonder enige motivering het belastbaar inkomen gecorrigeerd, belanghebbende had geen flauw benul waartegen hij bezwaar diende te maken: wel forfaitaire maar geen integrale bezwaarkostenvergoeding omdat geen sprake is van ernstig onzorgvuldig én een bijzondere omstandigheid. Voor de beroepsfase wél een integrale kostenvergoeding vanwege ‘verregaand onzorgvuldig handelen’ van de Inspecteur
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende is voor het jaar 2018 een aanslag inkomstenbelasting opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslag en heeft vervolgens beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraak op bezwaar. Ter zitting van het Gerecht heeft de Inspecteur verklaard dat bij nader inzien de ingediende aangifte juist is en dat niet langer in geschil is dat ...
In beginsel geen belang meer bij een rechterlijke beslissing over de hoogte van de belastingschuld, nu de belastingschulden ingevolge het gevoerde beleid niet zullen worden ingevorderd. Bovendien is de beroepstermijn overschreden: beroep niet-ontvankelijk. Vergoeding griffierecht omdat het niet invorderen in materiële zin leidt tot eenzelfde uitkomst als de situatie waarin de Inspecteur geheel tegemoet komt aan belanghebbende
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn voor de jaren 2014 en 2015 aanslagen inkomstenbelasting en premie AOV/AWW, AVBZ en BVZ opgelegd. Belanghebbende bezwaar gemaakt tegen de aanslagen. De Inspecteur heeft op 30 december 2020 uitspraak op bezwaar gedaan, de aanslagen voor het jaar 2014 gehandhaafd en de aanslagen voor het jaar 2015 verminderd. Op 29 april 2022 is een deel van ...
Beroep tegen niet tijdig doen van uitspraak op bezwaar was prematuur omdat de beslistermijn nog niet was verstreken. Ook bij een alsnog te nemen reële uitspraak is in casu geen sprake van een ontvankelijk beroep: bij een ‘mededeling geen aanslag en/of teruggave’ en een standpunt van belanghebbende dat hij geen belasting verschuldigd is of terugkrijgt is geen sprake van procesbelang
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende is voor het jaar 2017 een aanslag inkomstenbelasting opgelegd (hierna: de aanslag IB 2017). Tevens is bij beschikking een mededeling “geen aanslag en/of teruggave” IB 2018 aan belanghebbende is gedaan (hierna: de beschikking “geen aanslag en/of teruggave” IB 2018). Belanghebbende heeft op 22 november 2018 bezwaar gemaakt tegen de aanslag IB 2017 en op 12 april ...
Actualiteiten Caribisch formeel belastingrecht – Prof. dr. A.J.H. van Suilen
In deze bijdrage van Prof. dr. A.J.H. (Arno) van Suilen worden de actuele ontwikkelingen besproken op het terrein van het Caribisch formeel belastingrecht in de periode van medio 2022 tot en met september 2023. Enige ontwikkelingen betreffen specifiek Caribische kwesties, andere ontwikkelingen zijn geïnitieerd door de jurisprudentie van de Hoge Raad. En bij een aantal uitspraken kan een kritische noot worden gekraakt. In deze bijdrage wordt duidelijk dat niet alle ...
Immateriële schadevergoeding bij overschrijding redelijke termijn. Nu met nadrukkelijke instemming door de gemachtigde van belanghebbende in een vergelijkbare zaak is besloten tot aanhouden i.v.m. het stellen van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad, acht het Gerecht het redelijk om ook in de onderhavige grondbelastingzaak de tijd die is gemoeid met het afwachten van de prejudiciële beslissing buiten beschouwing te laten bij het bepalen van de ‘redelijke termijn’. Ook bij het vaststellen van de hoogte van de proceskostenvergoeding wordt deze zaak met de andere grondbelastingzaken als samenhangend aangemerkt
Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is inhoudelijk in geschil of de per 1 januari 2019 ingevoerde wettelijke verhoging van het belastingtarief voor de grondbelasting van 0,4% naar 0,6% en het tegelijkertijd laten vervallen van de belastingvrije waarde rechtmatig is, en zo niet wat voor gevolgen dit dan moet hebben voor de opgelegde aanslagen, en, voorts, of de waarde van de onroerende zaak tot een te hoog bedrag is vastgesteld ...
Naar het oordeel van het Gerecht kan de kennisgeving ‘vermindering definitieve/navordering aanslag OZB’ redelijkerwijs niet worden aangemerkt als een uitspraak op bezwaar, waardoor het ingediende beroep moet worden opgevat als een beroep tegen het niet tijdig beslissen op de uitspraak op bezwaar. Hoorplicht geschonden, maar het Gerecht voorziet zelf in de zaak en stelt de waarde van de onroerende zaak in goede justitie vast
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak en heeft in april 2021 aangifte onroerendezaakbelasting (OZB) voor het jaar 2019 gedaan en daarbij de door hem verdedigde waarde van NAf 425.000 toegelicht. In oktober 2021 is aan belanghebbende ter zake van de onroerende zaak een aanslag OZB voor het jaar 2019 opgelegd naar een waarde van NAf 550.000. Belanghebbende ...
Met inachtneming van de uitspraak van de Hoge Raad in de Arubaanse grondbelastingzaak is het naar het oordeel van het Gerecht niet relevant of er al dan niet ‘leggers’ bestaan. Het Gerecht ziet wederom ook geen reden om af te wijken van de door de Hoge Raad gegeven prejudiciële beslissing dan wel opnieuw één of meer prejudiciële vragen te stellen
Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van een perceel grond met een oppervlakte van 1.571 m² met daarop een gebouwd opstal met een oppervlakte van 558 m², een ‘duplex commercial building’ (hierna: de onroerende zaak). De opstal is gebouwd in 2009 en bestaat uit drie receptieruimtes en drie wachtkamers, 11 kantoorruimtes, zes toiletten, een badkamer, gangen en voor en achter parkeermogelijkheden ...
Hoger beroep inzake verzoek om teruggave winstbelasting 2009 ongegrond en niet-ontvankelijk voor zover gericht tegen de weigering van de Inspecteur om over 2010 een teruggave te verlenen. Beslissing van de Inspecteur op een verzoek om ambtshalve teruggave als bedoeld in artikel 39a, tweede lid ALL is geen voor bezwaar en beroep vatbare beslissing
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft op 30 juli 2010 aangifte winstbelasting over het jaar 2009 gedaan. Daarbij heeft zij een belastbare winst van NAf 236.133 aangegeven. Het corresponderende verschuldigde belastingbedrag had zij al eerder, op 29 maart 2010, voldaan. Op 9 december 2010 heeft zij nogmaals aangifte gedaan. Daarbij heeft zij een belastbare winst van NAf 347.803 aangegeven. Belanghebbende heeft het ...
Hof bevestigt uitspraak van het Gerecht: paardenmanege met appartementen- en autoverhuur vormt een onderneming (bron van inkomen), stakingswinst na overdracht activa aan gelieerde B.V. is nihil, achtergebleven schulden zijn tot het privévermogen gaan behoren, en de rente daarover kan niet worden aangemerkt als (nagekomen) kosten van de onderneming
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft in 1998 een bestaande onderneming overgenomen van een vennootschap. In de onderneming werd een paardenmanege geëxploiteerd. De klantenportefeuille van 150 klanten van de paardenmanege werd ook overgenomen. De onderneming werd overgenomen voor een bedrag van NAf 930.000 ter zake van grond, gebouwen, roerende goederen, levende have (16 paarden) en goodwill inclusief handelsnaam. Voor de aankoop van ...
Hoge Raad doet cassatieberoep af met toepassing van artikel 81 RO. Betreft een zaak waarin belanghebbende niet ‘zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk’ na het bekend worden met de aanslagen – namelijk niet binnen twee weken – bezwaar heeft ingediend
Samenvatting zaak Vanochtend, vrijdag 6 oktober 2023, heeft de Hoge Raad het door belanghebbende ingestelde beroep in cassatie tegen de uitspraak van 22 februari 2022 van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (het Hof) (ECLI:NL:OGHACMB:2022:10) afgedaan met toepassing van artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie (ECLI:NL:HR:2023:1402). In deze zaak is het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (het Gerecht) tot het oordeel gekomen dat belanghebbende het ...
Gerecht oordeelt dat belanghebbende geen vertrouwen kan ontlenen aan de publicaties van 24 en 27 maart 2020 inzake de covid-steunmaatregelen omdat die gelden voor de tijdvakken april tot en met juni 2020, niet voor het onderhavige tijdvak maart 2020: verzuimboete wegens niet tijdig betalen omzetbelasting terecht opgelegd maar wel ambtshalve gematigd wegens overschrijding van de redelijke termijn
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Op 24 maart 2020 heeft de regering van Curaçao een solidariteitspakket aangekondigd om de sociaal economische effecten van het COVID 19 virus op de samenleving te verzachten [zie dit artikel in het CFN van 24 maart 2020 en dit artikel in het CFN van 25 maart 2020; red. CFN]. Kort daarna heeft het Ministerie ...
Belastingadviseur in civiele procedure inzake invorderingskwestie niet toegelaten als gemachtigde, is geen advocaat of deurwaarder en is ook niet als zaakwaarnemer toegelaten. Hof verbindt hieraan in casu echter geen gevolgen voor de ontvankelijkheid van appellant
Samenvatting zaak In deze Curaçaose civielrechtelijke zaak is onder meer het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). De Ontvanger heeft dwangschriften doen uitvaardigen tegen een vennootschap voor openstaande belasting- en premieschulden (loonbelasting, omzetbelasting en diverse soorten premies). Vervolgens heeft de Ontvanger op grond van artikel 10 van de Landsverordening op de invordering van directe belastingen 1943 (P.B. 1942 no. 248) bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) van Curaçao een ...
Voorraad bezwaarschriften neemt nog niet af door aanhoudend hoge instroom van nieuwe bezwaarschriften. Sinds juni inzet van RPA-technologie voor ambtshalve verminderingen (Curaçao)
Ondanks de hoge volumes afgehandelde bezwaarschriften neemt de voorraad bezwaarschriften door de aanhoudend hoge instroom van nieuwe bezwaarschriften nog niet af. Met ingang van de maand juni is de RPA-technologie ingezet voor de ambtshalve vermindering van aanslagen naar aanleiding van onder meer alsnog ingediende aangiften. Inmiddels zijn zo’n 28.000 ambtshalve verminderingen voor de omzetbelasting doorgevoerd waarna ook de loonbelasting en premies zullen volgen. Het pro-actief ambtshalve verminderen van aanslagen op ...