Hof oordeelt dat de aan een ‘offshore-vennootschap’ opgelegde aanslagen winstbelasting over 2006 en 2007 te laat zijn vastgesteld en derhalve door het Gerecht terecht zijn vernietigd. Gerecht heeft ook terecht een vergoeding wegens geleden immateriële schade toegekend

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is een maatschappij waarop het tot 1 januari 2000 geldende zogenoemde ‘off-shore’ regime van toepassing was, en waarop op grond van artikel VI, lid 10 van de Overgangsregeling 2001 (P.B. 1999, no. 244), voor de in geschil zijnde jaren de bepalingen van de Landsverordening op de Winstbelasting 1940 zoals deze luidde op 31 december 1999 (hierna: LWB ...

Artikel 5 lid 1 LOZB handelt over het tijdstip waarop de waarde moet worden bepaald, niet de datum waarop de aanslagen uiterlijk moeten zijn vastgesteld. Het onvermeld laten dat de aanslag 2019 de eerste aanslag van het vijfjarige tijdvak is leidt in casu niet tot vernietiging van de aanslagen, maar het Gerecht roept de belastingdienst op om maatregelen te treffen die voorkomen dat dit verzuim zich in de toekomst nog kan voordoen. Met de in 2021 door de Staten goedgekeurde tariefverlaging kan geen rekening worden gehouden, heeft nimmer de status van landsverordening verkregen

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van een onroerende zaak. Voor het tijdvak tot en met 2013 is de waarde van de onroerende zaak voor de toepassing van de toenmalige grondbelasting bepaald op NAf. 225.000. In geschil is of de aanslagen voor de jaren 2014 tot en met 2022 in stand kunnen blijven. Belanghebbende is van mening dat de aanslagen vernietigd moeten ...

Arrest Hoge Raad in Nederlandse belastingzaak over de vragen of belanghebbende (ingeschreven in Curaçao) na het verstrijken van de reguliere aanslagtermijn mag worden uitgenodigd tot het doen van aangiften IB/PVV en of het niet-retourneren van de aangiftebiljetten ook leidt tot kwade trouw indien die gedraging na afloop van de aanslagtermijn heeft plaatsgevonden

Samenvatting zaak Op vrijdag 9 juni jl. heeft de Hoge Raad arrest gewezen in een Nederlandse belastingzaak over, onder meer, de vragen (i) of belanghebbende (ingeschreven in de Nederlandse Antillen/Curaçao) na het verstrijken van de reguliere aanslagtermijn mag worden uitgenodigd tot het doen van (Nederlandse) aangiften inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV), en (ii) of het niet-retourneren van de aangiftebiljetten ook leidt tot kwade trouw indien die gedraging na afloop van de aanslagtermijn ...

Nu de Inspecteur niet aannemelijk heeft gemaakt dat de aanslag winstbelasting 2012 naar het juiste adres van de AVV is verzonden, moet de aanslag geacht worden pas op 24 augustus 2022 te zijn bekendgemaakt: aanslag niet tijdig vastgesteld want buiten de wettelijke vijfjaarstermijn

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende is op 30 december 2016 voor het jaar 2012 een aanslag winstbelasting opgelegd. Belanghebbende is op 16 juni 2022 in bezwaar gekomen tegen bovengenoemde aanslag. De Inspecteur heeft op 20 juni 2022 middels een zogenoemde handhavingsbeschikking uitspraak op bezwaar gedaan en belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard in haar bezwaar. Belanghebbende is vervolgens op 18 augustus 2022 in beroep ...

Inspecteur legt tegen beter weten in aanslagen op, doet vervolgens geen uitspraak op bezwaar en vernietigt de aanslagen één dag voor de zitting. Gerecht acht gang van zaken ernstig onzorgvuldig: integrale vergoeding van de kosten van rechtsbijstand. Ook bezwaarkostenvergoeding

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn op 4 september 2020 aanslagen inkomstenbelasting, premie AVBZ en premies AOV/AWW voor het jaar 2012 opgelegd. Belanghebbende heeft daartegen op 23 oktober 2020 bezwaar gemaakt en heeft op 9 augustus 2021 beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraken op bezwaar. De zitting van het Gerecht heeft plaatsgevonden op 25 mei 2022. De Inspecteur ...

Belanghebbende maakt ook bij het Hof niet aannemelijk dat hij ten tijde van de verkoop van de aandelen in de vennootschap niet de enige aandeelhouder van de vennootschap was dan wel dat een vennootschap de economische eigenaar van de aandelen was: vervreemdingsvoordeel (winst uit aanmerkelijk belang) volledig bij hem in aanmerking genomen. Inspecteur verzuimt belanghebbende aan te manen om alsnog aangifte te doen: aanslagtermijn vijf jaar, definitieve aanslag te laat. Voorlopige aanslag blijft gehandhaafd indien en voor zover deze niet hoger is dan de materiële belastingschuld

Samenvatting zaak In deze Arubaanse inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende woont in de Verenigde Staten en wordt in Aruba aangemerkt als buitenlands belastingplichtige. Zijn vader is is ook in de Verenigde Staten woonachtig. Op 31 augustus 1998 heeft belanghebbende alle (twintig) geplaatste aandelen in een Arubaanse vennootschap gekocht. Die vennootschap exploiteert een casino in Aruba. Van 31 augustus 1998 tot 29 juni 2010 heeft belanghebbende in het ...

‘Current account agreement’ is geldlening ter zake waarvan een terugbetalingsverplichting geldt. Inspecteur heeft ten onrechte een winstuitdeling in aanmerking genomen. Hof verklaart het door de Inspecteur ingestelde hoger beroep ongegrond

Samenvatting zaak In deze Arubaanse inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende, wonende te Aruba, is enig aandeelhouder van de in Curaçao gevestigde ‘holdingvennootschap’ (hierna: de CUR-NV). Verder houdt belanghebbende middellijk alle aandelen in een in Aruba gevestigde vennootschap (hierna: AUA-NV). Belanghebbende is voorts directeur-enig aandeelhouder van een in Aruba gevestigde pensioenvennootschap. In 2004 is belanghebbende ter financiering van zijn woning (woning 1) een lening aangegaan bij CUR-NV. Op ...

Na terugwijzing door de Hoge Raad oordeelt het Hof dat de in de fooienbeschikking opgenomen (forfaitaire) waarderingsregeling onverbindend is. Geen sprake geweest van onderzoek naar de gronden van de regeling waarop de Minister heeft kunnen vaststellen dat het percentage van de omzet als grondslag voor de loonheffing zal leiden tot een resultaat dat voldoende verband houdt met de fooien die in casino’s op Sint Maarten werkelijk plegen te worden ontvangen

Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: het Hof) heeft op 23 februari 2022 uitspraak gedaan in het geding over de Sint Maartense Ministeriële beschikking fooien de zaak dat door de Hoge Raad naar het Hof was teruggewezen. Zie de uitspraak van het Hof van 23 februari 2022 (ECLI:NL:OGHACMB:2022:14). In deze zaak gaat het over de heffing van loonbelasting ...

Naar het oordeel van het Gerecht vormt de door de Inspecteur gestelde omstandigheid dat offshore vennootschappen “met fluwelen handschoenen worden behandeld” geen reden om de (in jurisprudentie vastgestelde) aanslagtermijn van 10 jaar te verlengen, ook niet als sprake is van slecht aangiftegedrag

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende was vóór 1 januari 2002 onderworpen aan het zogenoemde ‘offshore-regime’. Ingevolge artikel VI, lid 10 van de Overgangsregeling 2001 (P.B. 1999, no. 244) is de Landsverordening op de Winstbelasting 1940, zoals deze luidde op 31 december 1999 (hierna: LWB oud) van toepassing gebleven op lichamen die vóór 1 januari 2002 waren onderworpen aan ...

Hoge Raad wijst zaak over de Ministeriële beschikking fooien terug naar het Hof. Onderzocht moet worden of het forfait voldoende verband houdt met fooien die in casino’s op Sint Maarten werkelijk plegen te worden ontvangen

Samenvatting zaak Gisteren, vrijdag 11 december 2020, heeft de Hoge Raad arrest gewezen (ECLI:NL:HR:2020:1988) in een interessante Sint Maartense zaak over de heffing van loonbelasting en sociale premies over fooien en de toepassing daarbij van de Ministeriële beschikking fooien van 3 augustus 2007 die een regeling bevat waarbij het voor een werknemer in aanmerking te nemen fooienbedrag op een forfaitaire wijze wordt bepaald. De Hoge Raad heeft daarin het geding ...

Nederlandse inspecteur maakt niet aannemelijk dat Curaçaose NV – behorende tot een internetcasino-groep – in Nederland is gevestigd (Nederlandse zaak)

Samenvatting zaak In deze Nederlandse belastingzaak (ECLI:NL:GHARL:2020:9535) met raakvlakken met de Caribische praktijk heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 17 november 2020 uitspraak gedaan met betrekking tot een aantal formeelbelastingrechtelijke vragen alsmede met betrekking tot de vraag of de feitelijke leiding van belanghebbende, een naar Curaçaos recht opgerichte vennootschap, zich in Nederland bevond. Op dezelfde dag heeft het Hof overigens in nog drie andere zaken vergelijkbare uitspraken gedaan (zie onderaan dit ...

Belanghebbende maakt niet aannemelijk dat iemand anders economisch eigenaar is van de aandelen: vervreemdingsvoordeel (winst uit aanmerkelijk belang) bij hem in aanmerking genomen. Buiten aangiftetermijn gedane aangifte leidt niet tot verlenging aanslagtermijn naar tien jaar: definitieve aanslag te laat. Voorlopige aanslag blijft evenwel in stand, is niet hoger dan de materiële belastingschuld

Samenvatting zaak In deze Arubaanse inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende woont in de Verenigde Staten en wordt in Aruba aangemerkt als buitenlands belastingplichtige. Zijn vader is is ook in de Verenigde Staten woonachtig. Op 31 augustus 1998 heeft belanghebbende alle (twintig) geplaatste aandelen in een Arubaanse vennootschap gekocht. Die vennootschap exploiteert een casino in Aruba. Van 31 augustus 1998 tot 29 juni 2010 heeft belanghebbende in het ...

Belanghebbende maakt niet aannemelijk dat sprake is van herfinanciering eigenwoningschuld: rentebetaling komt niet als eigenwoningrente in aftrek. Inspecteur maakt niet aannemelijk dat sprake is van verkapte winstuitdeling. Aanslagtermijn verlengd met duur verleende uitstel voor indiening aangifte

Samenvatting zaak In deze Arubaanse inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende, wonende te Aruba, is enig aandeelhouder van de in Curaçao gevestigde vennootschap (hierna: de CUR-NV). Verder houdt belanghebbende middellijk alle aandelen in een in Aruba gevestigde vennootschap (hierna: AUA-NV). Feiten m.b.t. het geschil over de renteaftrek eigen woning (kort) In 2004 is belanghebbende ter financiering van zijn woning (woning 1) een lening aangegaan bij CUR-NV. Op 1 ...

Fooienforfait volgens A-G niet onverbindend. A-G acht de omzet als forfaitbasis in de Ministeriële beschikking fooien niet onredelijk of onbegrijpelijk

Advocaat-Generaal (A-G) P.J. Wattel heeft op 1 mei 2020 conclusie genomen in een interessante Sint Maartense loonbelasting zaak over de heffing van loonbelasting over fooien (ECLI:NL:PHR:2020:439). De uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie waartegen in casu kennelijk door belanghebbende beroep in cassatie is ingesteld lijkt niet op rechtspraak.nl te zijn gepubliceerd. Wel is onderliggende uitspraak van Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten op rechtspraak.nl gepubliceerd (ECLI:NL:OGEAM:2016:81). Overigens merken ...

Echtgenoot had kunnen worden ingeschakeld om in de bezwaarperiode in bezwaar te komen: termijnoverschrijding niet verschoonbaar geacht. Overigens sprake van een nieuw feit dat navordering rechtvaardigt, conversie in navorderingsaanslag

Samenvatting zaak In deze Curaçaose formeelbelastingrechtelijke zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn op 18 december 2015 voor het jaar 2008 en voor het jaar (ambtshalve) aanslagen in de inkomstenbelasting en de premies AOV/AWW en AVBZ. Gelijktijdig zijn verzuimboetes opgelegd. Ook zijn aan belanghebbende, op 31 oktober 2014, (ambtshalve) aanslagen in de inkomstenbelasting en de premies AOV/AWW en AVBZ voor het jaar 2010 opgelegd en is gelijktijdig ...

Hof oordeelt dat de door de werknemers ontvangen fooien tot het loon behoren. Bestaan van een instructie om geen loonbelasting meer te heffen over in ministeriële beschikking bedoelde fooien niet aannemelijk gemaakt. Geen pleitbaar standpunt

Samenvatting zaak In deze Sint Maartense loonbelastingzaak, waarin het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (hierna: het Hof) op 5 november 2019 uitspraak heeft gedaan op het door belanghebbende ingestelde hoger beroep, komt het Hof tot het oordeel dat de door de werknemers van belanghebende van derden ontvangen fooien behoren tot het loon als bedoeld in artikel 6 van de Landsverordening op de Loonbelasting. Dat er een instructie zou bestaan op grond ...

Bekendmaking Ministerie van Financiën inzake wijziging tarieven van OB bij invoer, accijnzen en afvalstoffenbelasting (Curaçao)

Het Ministerie van Financiën heeft de afgelopen week verschillende malen in diverse lokale dagbladen een advertentie geplaatst waarin wordt bekendgemaakt dat met ingang van 1 september 2019 het nieuwe OB-tarief bij invoer, de nieuwe tarieven van accijnzen (op bepaalde  goederen) en de nieuwe tarieven van de afvalstoffenbelasting in werking zullen treden. In de bekendmaking is een tabel opgenomen met de oude en de nieuwe tarieven (zie hieronder). Tevens wordt bekendgemaakt ...

Dossier: Landsverordening belastingmaatregelen 2019 – P.B. 2019, no. 55 (Curaçao)

Dossier: Landsverordening belastingmaatregelen 2019 - P.B. 2019, no. 55 (Curaçao) Landsverordening van de 29ste augustus 2019 tot wijziging van de Gedistilleerdverordening 1908, de Landsverordening accijns op bier 1970, de Landsverordening Accijns van Sigaretten 1970, de Landsverordening onroerendezaakbelasting 2014, de Landsverordening omzetbelasting 1999, de Landsverordening belastingfaciliteiten investeringen, de Eilandsverordening afvalstoffenbelasting en reinigingsrechten, de Landsverordening tarief van invoerrechten, de Landsverordening internationale bijstandverlening bij de heffing van belastingen en de Landsverordening op de ...

Landsverordening belastingmaatregelen 2019 in Publicatieblad (Curaçao)

De Landsverordening belastingmaatregelen 2019 is op 31 augustus 2019 uitgegeven en geplaatst in het Publicatieblad van Curaçao, jaargang 2019, no. 55 (P.B. 2019 no. 55). Deze landsverordening is in werking getreden met ingang van de dag na de datum van bekendmaking. Zie artikel XIII. In artikel XII zijn overgangsbepalingen opgenomen. Voluit luidt de landsverordening overigens als volgt: de “Landsverordening van de 29ste augustus 2019 tot wijziging van de Gedistilleerdverordening 19081, ...

Ontwerplandsverordening belastingmaatregelen 2019 – Verslag, Nota naar aanleiding van het Verslag en Nota van Wijziging (Curaçao)

Zoals wij vandaag reeds rapporteerden wordt de Ontwerplandsverordening belastingmaatregelen 2019 vandaag, dinsdag 27 augustus 2019, behandeld in een gewone vergadering van de Staten van Curaçao. De vergadering staat gepland voor aanvang om 14.00 uur. Dit blijkt uit de oproep voor deze vergadering die op de website van de Staten is geplaatst, welke oproep overigens is hernieuwd in verband met een nieuw toegevoegd agendapunt. De behandeling in de Centrale Commissievergadering heeft ...

Ontwerplandsverordening belastingmaatregelen 2019 vandaag (dinsdag 27 augustus 2019) in gewone vergadering van de Staten. Tijdelijke inkomstenverhogende maatregelen voor 2019 vooruitlopend op een meer integrale fiscale herziening

De Ontwerplandsverordening belastingmaatregelen 2019 wordt vandaag, dinsdag 27 augustus 2019, behandeld in een gewonevergadering van de Staten van Curaçao. De vergadering vangt aan om 14.00 uur. Dit blijkt uit de oproep voor deze vergadering die op de website van de Staten is geplaatst. De behandeling in de Centrale Commissievergadering heeft gisteren, maandag 26 augustus 2019, plaatsgevonden. Voluit luidt de ontwerplandsverordening overigens als volgt: de “Ontwerplandsverordening tot wijziging van de Gedistilleerdverordening ...

Inspecteur heeft tegen beter weten in na bezwaar de aanslag gehandhaafd, zodat sprake is van een aan de inspecteur te wijten ernstige onzorgvuldigheid. Gerecht kent integrale proceskostenvergoeding toe

Samenvatting zaak In deze Curaçaose winstbelastingzaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende, gevestigd te Curaçao, is in 2016 een aanslag winstbelasting voor het jaar 2003 opgelegd. Belanghebbende heeft op 19 augustus 2016 bezwaar gemaakt tegen de aanslag en op 15 mei 2018 beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraak op het bezwaar. De Inspecteur heeft hangende de beroepsprocedure op 28 mei 2019 per e-mail aan belanghebbende ...

Inspecteur mag wettelijke aanslagtermijn volledig benutten. Geen onbehoorlijk bestuur indien hij de aanslagen pas aan het einde van de vijfjaarstermijn oplegt

Samenvatting zaak Aan belanghebbende zijn op respectievelijk 31 december 2015 en 31 augustus 2016 aanslagen inkomstenbelasting opgelegd over de jaren 2010 en 2011. In beroep bij het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (hierna: het Gerecht) is in geschil of de aanslagen inkomstenbelasting 2010 en 2011 tijdig zijn opgelegd. Belanghebbende meent van niet. Als de aanslagen binnen een of twee jaar waren opgelegd dan had hij ze eenvoudig kunnen betalen ...

Na afloop van de aanslagtermijn opgelegde aanslagen geconverteerd in navorderingsaanslagen nu aan de daarvoor geldende voorwaarden is voldaan (met name die van het nieuwe feit). Schending hoorplicht blijft zonder consequenties omdat belanghebbende niet is benadeeld

Samenvatting zaak Aan belanghebbende zijn na afloop van de aanslagtermijn aanslagen opgelegd. Naar het oordeel van het Gerecht dienen de aanslagen te worden geconverteerd in navorderingsaanslagen nu aan de daarvoor geldende voorwaarden, met name die van het nieuwe feit, is voldaan. Belanghebbende is ten onrechte niet gehoord. Omdat belanghebbende hierdoor niet is benadeeld zal het Gerecht aan het niet-horen geen consequenties verbinden. (Inhoudsindicatie door: www.rechtspraak.nl). BRONDOCUMENT BRON: www.rechtspraak.nl LET OP: ...

Gezien de strekking van art. 10 ALB handelt de Inspecteur ernstig onzorgvuldig indien hij, anders dan bij wijze van uitzondering, ongemotiveerd aanzienlijke correcties aanbrengt in een tijdig ingediende aangifte, die correcties niet onverwijld motiveert en geen tijdige uitspraak op bezwaar doet

Samenvatting zaak Gezien de strekking van art. 10 ALB handelt de Inspecteur ernstig onzorgvuldig indien hij, anders dan bij wijze van uitzondering, ongemotiveerd aanzienlijke correcties aanbrengt in een tijdig ingediende aangifte, die correcties niet onverwijld motiveert en geen tijdige uitspraak op bezwaar doet. Belastingdienst moet met spoed zijn organisatie en administratie aanpassen. Vooralsnog geen rechterlijk ingrijpen. (Inhoudsindicatie door: www.rechtspraak.nl). LET OP: HOGER BEROEP en CASSATIEBEROEP! Tegen deze uitspraak van het ...

Gerecht van oordeel dat nu voor de grondbelasting geen aangifteplicht bestaat, de aanslagtermijn niet langer dan de vijfjaarstermijn van artikel 10, lid 5 ALB is. Onderhavige aanslagen binnen de vijfjaarstermijn opgelegd en naar het oordeel van het Gerecht derhalve rechtsgeldig opgelegd

Samenvatting zaak Grondbelasting. Aan belanghebbende zijn aanslagen grondbelasting over de jaren 2009 tot en met 2012 opgelegd. In geschil is of deze aanslagen rechtsgeldig zijn opgelegd. Belanghebbende stelt dat aangezien voor de grondbelasting geen aangifteplicht bestaat, de Inspecteur niet met terugwerkende kracht aanslagen mag opleggen. De inspecteur stelt dat de aanslagen rechtsgeldig zijn opgelegd. Het Gerecht is van oordeel dat nu voor de grondbelasting geen aangifteplicht bestaat, de termijn waarbinnen ...