Aan makelaar opgelegde boete wegens het niet melden van een ongebruikelijke transactie verlaagd omdat de (feitelijke) onderbouwing van de boete onvoldoende draagkrachtig is. Verder oordeelt het Gerecht dat de boete wegens het niet voorafgaand aan het sluiten van een koopovereenkomst hebben vastgesteld van de identiteit van de cliënt terecht is opgelegd. Maar de boete wegens het vermeend onvoldoende maatregelen hebben getroffen om inzicht te verkrijgen in de eigendoms- en zeggenschapsstructuur van de cliënt is ten onrechte opgelegd

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. De Centrale Bank van Aruba (hierna: de Bank) heeft aan een N.V. (een makelaar/projectontwikkelaar/real estate agent) een bestuurlijke boete van (in totaal) Afl. 263.880 opgelegd wegens overtreding van artikel 5, tweede lid, artikel 8, eerste lid en 26, eerste lid, van de Landsverordening voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (Lwtf), namelijk voor de volgende gestelde overtredingen: - ...