Conclusie A-G Niessen inzake geschil (i) over de vraag of na het verstrijken van de reguliere aanslagtermijn belanghebbende (ingeschreven in Curaçao) mag worden uitgenodigd tot het doen van (Nederlandse) aangiften IB/PVV en (ii) over de toepassing van de verlengde navorderingstermijn in relatie met de vrijheid van kapitaalverkeer en het LGO-Besluit

Samenvatting zaak A-G Niessen heeft conclusie genomen inzake een Nederlands belastinggeschil (i) over de vraag of na het verstrijken van de reguliere aanslagtermijn belanghebbende (ingeschreven in de Nederlandse Antillen/Curaçao) mag worden uitgenodigd tot het doen van (Nederlandse) aangiften IB/PVV, en zo ja, (ii) over de toepassing van de verlengde navorderingstermijn in relatie met de vrijheid van kapitaalverkeer en het Besluit LGO. In deze Nederlandse zaak is het volgende aan de ...

Rechtbank oordeelt dat uit niets volgt dat belanghebbende beschikte over het SPF-vermogen als ware het haar eigen vermogen, geen aanleiding het handelen van anderen aan haar toe te rekenen

Samenvatting zaak In deze Nederlandse fiscale zaak met raakvlakken met de Caribische praktijk is het volgende aan de orde. Het betreft een geschil over (navorderings)aanslagen (Nederlandse) IB/PVV over de jaren 2002 tot en met 2008 in verband met toerekening van SPF-vermogen. Belanghebbende is in die jaren betrokken bij een SPF. In geschil is onder meer of de inspecteur over een nieuw feit beschikt op grond waarvan navorderingsaanslagen kunnen worden opgelegd ...

Bij het realiseren van het voordeel gebruik gemaakt van een speciaal daartoe opgezette vennootschapsstructuur. Rechtbank Den Haag van oordeel dat in dit geval sprake is van een voordeel dat is opgekomen in de vennootschapssfeer en daarmee ligt in de vennootschapsbelastingsfeer (en eventueel daaropvolgend in de aanmerkelijk belangsfeer). Dat sluit naar het oordeel van de Rechtbank uit dat het voordeel kan worden belast als resultaat uit overige werkzaamheden

In deze Nederlandse fiscale zaak met raakvlakken met de Caribische praktijk, waarin de Rechtbank Den Haag (hierna: de rechtbank) onlangs uitspraak heeft gedaan (ECLI:NL:RBDHA:2020:8191), is – zakelijk en zeer summier weergegeven – het volgende aan de orde. “NV1” deed vanaf ongeveer 2002 via een gevolmachtigd agent zaken op Aruba voor verzekeringsactiviteiten van NV1 op Aruba. Belanghebbende was van 1992 tot en met 2005 voorzitter van de Raad van Bestuur van NV1. Van 2006 ...

Hof Den Bosch van oordeel dat belanghebbende – in de onderhavige jaren ingeschreven in de Nederlandse Antillen – een duurzame band van persoonlijke aard met Nederland had

Samenvatting zaak In deze Nederlandse fiscale zaak met raakvlakken met de Caribische belastingpraktijk is (onder meer) het volgende aan de orde. De zaak betreft (Nederlandse) (navorderings)aanslagen IB/PVV over de jaren 2002 tot en met 2013. Tussen belanghebbende en de inspecteur is onder meer in geschil of belanghebbende – in de onderhavige jaren ingeschreven in de (voormalig) Nederlandse Antillen – al dan niet in Nederland (binnenlands) belastingplichtig is. Ook gaat het ...

Nu de Antilliaanse NV in Nederland was gevestigd en bijgevolg de door de Nederlandse BV aan de NV betaalde rente bij de berekening van de aan Vpb onderworpen winst in aanmerking moet worden genomen, kan niet worden gezegd dat de aanvaarding van de verplichting tot rentebetaling heeft geleid tot een met doel en strekking van de wet strijdige verijdeling van de belastingheffing

Samenvatting zaak Het gaat hier om een vrij ‘oude’ Nederlandse belastingzaak op het gebied van de vennootschapsbelasting (Vpb). De Hoge Raad heeft in deze zaak reeds in 1993 arrest gewezen, maar het arrest is pas onlangs (12 december 2019) op rechtspraak.nl gepubliceerd. De litigieuze kwestie in deze zaak is in essentie de vraag of gezien de omstandigheden van het geval – en nu de Nederlands Antilliaanse moedermaatschappij feitelijk in Nederland ...

Standpunt Nederlandse inspecteur dat belanghebbende – voorheen ingeschreven in Curaçao – in Nederland binnenlands belastingplichtige is, naar oordeel Rechtbank niet onredelijk

Samenvatting zaak In deze Nederlandse fiscale zaak met raakvlakken met de Caribische belastingpraktijk is het volgende aan de orde. De zaak betreft (Nederlandse) belastingaanslagen IB/PVV over de jaren 2002 tot en met 2013. Kern van het geschil tussen belanghebbende en de inspecteur is of belanghebbende al dan niet (binnenlands) belastingplichtig is. Voorts gaat het om fictief loon genoten van op Curaçao gevestigde naamloze vennootschappen en om inkomsten genoten van een ...