Einduitspraak in grondbelastingzaak: met implementatie van de prejudiciële beslissing van de Hoge Raad verklaart het Gerecht het beroep van belanghebbende ongegrond. Gerecht geeft context aan waartegen die implementatie plaatsvindt en de beperkte bewegingsvrijheid die het Gerecht daarbij heeft

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Op basis van de Landsverordening grondbelasting (hierna: LGB) wordt in Aruba jaarlijks een belasting op onroerende zaken geheven en de zakelijke genotsrechten waaraan deze zijn onderworpen. Uitgangspunt daarbij is dat de waarde van onroerende zaken wordt vastgesteld voor een periode van vijf jaar. Voor wat betreft de onderhavige zaak geldt het tijdvak 2017-2021. Per ...

Verlenging aanslagtermijn OZB over 2015 niet mogelijk op grond van overgangsregeling bij invoering artikel 10a LvOZB. In casu ook geen navordering op grond van artikel 10 lid 2 of artikel 10a lid 5. Hof wel van oordeel dat in gevallen waarin niet aan de in de overgangsregeling opgenomen vormen van aangifteplicht is voldaan, kan worden nagevorderd op grond van artikel 13 ALL (doch in casu is geen sprake van een ‘nieuw feit’)

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft op 27 februari 2020 op grond van artikel 10a van de Landsverordening onroerendezaakbelasting (hierna: LvOZB) aangifte onroerendezaakbelasting (OZB) over het jaar 2015 gedaan. Op 11 augustus 2020 is ter zake van de onroerende zaak aan belanghebbende een aanslag OZB voor het jaar 2015 opgelegd. Belanghebbende bestrijdt de aanslag. Aan belanghebbende is niet eerder een aanslag OZB ...

Conclusie Advocaat-Generaal naar aanleiding van het verzoek van het Gerecht in eerste aanleg om een prejudiciële beslissing over de fiscale gevolgen van de wijziging van de Arubaanse Landsverordening Grondbelasting per 1 januari 2019

Samenvatting zaak Op 29 november 2022 heeft Advocaat-Generaal (A-G) R.L.H. IJzerman conclusie genomen naar aanleiding van naar aanleiding van het verzoek om een prejudiciële beslissing van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba (hierna: het Gerecht) van 4 februari 2022 (zaaknummer AUA202002936; ECLI:NL:OGEAA:2022:15). Deze voor de praktijk belangwekkende Arubaanse grondbelastingzaak betreft vragen over de fiscale gevolgen van de wijziging van de Arubaanse Landsverordening Grondbelasting per 1 januari 2019. Bij het ...

Conclusie Advocaat-Generaal in zaak over de vraag of – gelet op de vijfjarige heffingssystematiek van de Arubaanse grondbelasting – na een tussentijdse tariefsverhoging binnen dat tijdvak, kan worden nagevorderd met ingang van het jaar van tariefverhoging

Samenvatting zaak Op 29 november 2022 heeft Advocaat-Generaal (A-G) R.L.H. IJzerman conclusie genomen naar aanleiding van het beroep in cassatie van de minister van Financiën en Cultuur van Aruba (hierna: de Minister) tegen de uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: het Gemeenschappelijk Hof) van 30 juli 2021 (zaaknummers AUA2020H00035 tot en met AUA2020H00037; ECLI:NL:OGHACMB:2021:223) op het ...

Bij de OZB ontstaat de belastingschuld op 1 januari van het belastingjaar en vervalt de bevoegdheid tot het opleggen van een aanslag vijf jaren daarna: in december 2020 voor het jaar 2015 opgelegde aanslag is dus niet tijdig. Niet voldoen aan aangifteplicht is een voorwaarde voor toepassing verlengde navorderingstermijn. Belanghebbende heeft evenwel, gezien de overgangsbepaling bij artikel 10a LvOZB, tijdig aan aangifteplicht voldaan: alleen al daarom kan geen navordering plaatsvinden

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft op 26 februari 2020 op grond van artikel 10a van de Landsverordening onroerendezaakbelasting 2014 (hierna: LvOZB) aangifte van het bezit van een onroerende zaak gedaan. Op 28 december 2020 is aan belanghebbende een aanslag onroerendezaakbelasting (OZB) voor het jaar 2015 opgelegd. Het geschil betreft het antwoord op de vraag of de aanslag tijdig is opgelegd. Belanghebbende ...

Tijdig aangifte OZB over 2015 gedaan: navordering niet mogelijk omdat het niet voldoen aan de aangifteplicht een voorwaarde is voor het toepassen van de verlengde navorderingstermijn. Ook geen toepassing verlengde navorderingstermijn van de ALL: de bepalingen van de artikelen 10 en 10a LvOZB hebben te gelden als ‘lex specialis’ en dienen daarom met voorrang op de algemene regeling te worden toegepast

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft op 27 februari 2020 op grond van artikel 10a van de Landsverordening onroerendezaakbelasting (hierna: LOZB) aangifte onroerendezaakbelasting (OZB) over het jaar 2015 gedaan. Op 11 augustus 2020 is ter zake van de onroerende zaak aan belanghebbende een aanslag OZB voor het jaar 2015 opgelegd. Aan belanghebbende is niet eerder een aanslag ...

Gerecht stelt prejudiciële vragen in grondbelastingzaak waarin belanghebbende zich op het standpunt stelt dat de aanslag niet naar het met ingang van 2019 geldende hogere tarief kan worden opgelegd

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Bij Landsverordening van 21 december 2018 (AB 2018 no. 81) is onder meer de Landsverordening grondbelasting (LGB) gewijzigd. Deze wetswijziging in de grondbelasting per 1 januari 2019 brengt (onder meer) met zich mee dat met ingang van die datum, dat wil zeggen gedurende het vijfjarige tijdvak (2017-2022), het belastingtarief van de grondbelasting voor ...

Cassatieberoep ingesteld in zaak over de aanslag grondbelasting 2019 met het verhoogde tarief. Ook prejudiciële vragen aan Hoge Raad in een zaak in eerste aanleg over verhoging tarief grondbelasting in vijfjarig tijdvak 2017-2021

Naar aanleiding van een artikel in de Amigoe van Aruba van 4 oktober 2021, attenderen wij u er hierbij kort op dat, volgens dat artikel, door de belastingdienst van Aruba beroep in cassatie is ingesteld bij de Hoge Raad tegen – naar wij begrijpen – de uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (hierna: het Hof) van 30 juli 2021 (zaaknummers AUA2020H00035 tot en met AUA2020H00037; ECLI:NL:OGHACMB:2021:223). Het geschil in ...

Hoger beroep. Belanghebbende terecht niet-ontvankelijk in bezwaar tegen de aanslag grondbelasting 2018: vermindering van die aanslag terecht overgelaten aan de Inspecteur. Door (ook) op te komen tegen het belastingtarief (0,6%) is voor het jaar 2019 zowel bezwaar als beroep mogelijk: Gerecht had de aanslag moeten verminderen. Tweede (primitieve) aanslag/geconverteerde navorderingsaanslag grondbelasting 2019 vernietigd, geen grond voor navordering. Waarde onroerende zaak in goede justitie vastgesteld

Samenvatting zaak In deze Arubaanse grondbelastingzaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn ter zake van de onroerende zaak, een hotelresort (hierna: de onroerende zaak), aanslagen grondbelasting voor de jaren 2017 tot en met 2019 opgelegd. In de jaarrekening van 2016 heeft belanghebbende de onroerende zaak per 1 januari 2016 op de balans geactiveerd voor USD 218.406.170 (Afl. 390.947.044). In een taxatierapport is aan de opstal van de ...

Echtgenoot had kunnen worden ingeschakeld om in de bezwaarperiode in bezwaar te komen: termijnoverschrijding niet verschoonbaar geacht. Overigens sprake van een nieuw feit dat navordering rechtvaardigt, conversie in navorderingsaanslag

Samenvatting zaak In deze Curaçaose formeelbelastingrechtelijke zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn op 18 december 2015 voor het jaar 2008 en voor het jaar (ambtshalve) aanslagen in de inkomstenbelasting en de premies AOV/AWW en AVBZ. Gelijktijdig zijn verzuimboetes opgelegd. Ook zijn aan belanghebbende, op 31 oktober 2014, (ambtshalve) aanslagen in de inkomstenbelasting en de premies AOV/AWW en AVBZ voor het jaar 2010 opgelegd en is gelijktijdig ...

Gerecht oordeelt dat de bestreden aanslag grondbelasting 2019 als navorderingsaanslag heeft te gelden en naar het juiste belastingtarief is opgelegd. Weliswaar in wezen terugwerkende kracht van tariefsverhoging, maar geen inbreuk op het eigendomsrecht van artikel 1 Eerste Protocol EVRM. Waarde hotelresort door het Gerecht (wederom) in goede justitie vastgesteld

Samenvatting zaak In deze Arubaanse grondbelastingzaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn ter zake van de onroerende zaak te Palm Beach, een hotelresort (hierna: de onroerende zaak), aanslagen grondbelasting voor de jaren 2017 en 2018 opgelegd naar een belastbare waarde van Afl. 400.262.816, resulterend in een verschuldigd belastingbedrag van Afl.1.600.811 (tarief 0,4%). Het resort is gebouwd in 2012 en 2013 en is geopend op 22 november 2013 ...