U bekijkt nu alle artikelen in Onroerendezaakbelastingen.
Bekijk alle artikelen in Onroerendezaakbelastingen voor regio: Aruba | Curaçao | Sint Maarten | BES/Caribisch Nederland
Bekijk alle artikelen in Onroerendezaakbelastingen voor regio: Aruba | Curaçao | Sint Maarten | BES/Caribisch Nederland
Gerecht oordeelt dat de aanslag vastgoedbelasting terecht aan de ‘revocable trust’ als eigenaar van de onroerende zaak is opgelegd. Eigenwoningvrijstelling niet van toepassing omdat sprake is van een afgescheiden vermogen van dat van de trustee
Samenvatting zaak In deze Caribisch Nederlandse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is een ‘revocable trust’ opgericht naar het recht van de staat North Carolina (Verenigde Staten). De persoon ‘A’ is ‘settler’ en ‘trustee’ van belanghebbende. Belanghebbende heeft een onroerende zaak gelegen te Bonaire in eigendom, zijnde een eigendomsperceel grond, groot 800 vierkante ...
Stichting kan geen aanspraak maken op betaling door perceelhuurder van de jaarlijkse onroerendezaakbelasting omdat de stichting niet heeft gesteld op grond waarvan de huurder deze bedragen is verschuldigd terwijl de aanvullende eisen van redelijkheid en billijkheid niet zonder meer meebrengen dat huurder deze bedragen dient te voldoen
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Een stichting is eigenaar van diverse percelen. In februari 1990 heeft een partij, gedaagde in deze zaak, de rechten op een opstal gekocht en geleverd gekregen. De huurprijs per jaar ter zake van het betreffende perceel (hierna: het gehuurde) bedroeg NAf 600, te ...
Belastingrechter verklaart zich bevoegd om uitspraak te doen in zaak over (afgewezen) verzoeken om ontheffing van grondbelasting wegens minstens 6 achtereenvolgende maanden ongebruikt en onverhuurd zijn gebleven resp. wegens gehele of gedeeltelijke vernieling door een onvoorziene ramp, maar oordeelt dat daarop in casu geen recht bestaat. Voor wat betreft de tariefkwestie van de grondbelasting 2019, 2020 en 2021 wordt verwezen naar de eerdere vergelijkbare zaak en het arrest van de Hoge Raad waarin prejudiciële vragen werden beantwoord. Geen immateriële schadevergoeding: redelijke termijn van berechting weliswaar overschreden, maar wet- en regelgeving in Aruba voorziet niet in de bevoegdheid van de belastingrechter tot het toekennen van een schadevergoeding
Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van een onroerende zaak. De onroerende zaak betreft twee percelen en een opstal. Aan belanghebbende zijn ter zake van de onroerende zaak aanslagen grondbelasting voor de jaren 2019, 2020 en 2021 opgelegd waartegen belanghebbende bezwaar heeft gemaakt. Vervolgens heeft belanghebbende ...
Geen van partijen slaagt er in de verdedigde waarde van de onroerende zaak aannemelijk te maken: waarde in goede justitie vastgesteld op NAf 100.000. Gerecht acht het dienstig dat de Inspecteur vóór aanvang van het komende vijfjarige tijdvak contact met belanghebbende zoekt, de onroerende zaak afzonderlijk taxeert en in gesprek gaat over de wijze waarop de waarde is bepaald
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende is ter zake van een onroerende zaak een aanslag onroerendezaakbelasting (hierna: OZB) voor het jaar 2019 opgelegd. De onroerende zaak dient belanghebbende tot woning. De grond waarop de woning zich bevindt is uitgegeven in erfpacht. De bebouwde oppervlakte van de woning ...
Immateriële schadevergoeding bij overschrijding redelijke termijn. Nu met nadrukkelijke instemming door de gemachtigde van belanghebbende in een vergelijkbare zaak is besloten tot aanhouden i.v.m. het stellen van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad, acht het Gerecht het redelijk om ook in de onderhavige grondbelastingzaak de tijd die is gemoeid met het afwachten van de prejudiciële beslissing buiten beschouwing te laten bij het bepalen van de ‘redelijke termijn’. Ook bij het vaststellen van de hoogte van de proceskostenvergoeding wordt deze zaak met de andere grondbelastingzaken als samenhangend aangemerkt
Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is inhoudelijk in geschil of de per 1 januari 2019 ingevoerde wettelijke verhoging van het belastingtarief voor de grondbelasting van 0,4% naar 0,6% en het tegelijkertijd laten vervallen van de belastingvrije waarde rechtmatig is, en zo niet wat voor gevolgen dit dan moet hebben voor de opgelegde aanslagen, en, ...
Naar het oordeel van het Gerecht kan de kennisgeving ‘vermindering definitieve/navordering aanslag OZB’ redelijkerwijs niet worden aangemerkt als een uitspraak op bezwaar, waardoor het ingediende beroep moet worden opgevat als een beroep tegen het niet tijdig beslissen op de uitspraak op bezwaar. Hoorplicht geschonden, maar het Gerecht voorziet zelf in de zaak en stelt de waarde van de onroerende zaak in goede justitie vast
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak en heeft in april 2021 aangifte onroerendezaakbelasting (OZB) voor het jaar 2019 gedaan en daarbij de door hem verdedigde waarde van NAf 425.000 toegelicht. In oktober 2021 is aan belanghebbende ter zake van de onroerende zaak ...
Met inachtneming van de uitspraak van de Hoge Raad in de Arubaanse grondbelastingzaak is het naar het oordeel van het Gerecht niet relevant of er al dan niet ‘leggers’ bestaan. Het Gerecht ziet wederom ook geen reden om af te wijken van de door de Hoge Raad gegeven prejudiciële beslissing dan wel opnieuw één of meer prejudiciële vragen te stellen
Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is eigenaar van een perceel grond met een oppervlakte van 1.571 m² met daarop een gebouwd opstal met een oppervlakte van 558 m², een ‘duplex commercial building’ (hierna: de onroerende zaak). De opstal is gebouwd in 2009 en bestaat uit drie receptieruimtes ...
Verdeling na verbreking samenleving. Grondbelasting en erfpachtcanon betreffende de woning over de periode dat partijen een huishouding voerden worden aangemerkt als woonlasten, derhalve als onderdeel van de kosten van de gemeenschappelijke huishouding: de man kan geen betaling vorderen van de helft. Betalingen over de periode daarna moeten wel worden verrekend
Samenvatting zaak In deze Arubaanse civielrechtelijke zaak is onder meer het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Partijen hebben een korte periode samengewoond en een gemeenschappelijke huishouding gevoerd. In verband met de samenleving hebben partijen een notariële samenlevingsovereenkomst ondertekend. In verband met de samenleving hebben partijen een notariële samenlevingsovereenkomst ondertekend. Hierin is ten ...
Inspecteur heeft bij de berekening van de waarde van de grond voor de OZB terecht geen rekening gehouden met het daarop rustende recht van erfpacht. Maar de waarde van de onroerende zaak is niet onderbouwd door systematische vergelijking en de herbouwwaarde is in dit geval ook niet bruikbaar. Gerecht stelt waarde in goede justitie vast
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is onder meer het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende is eigenaar van een onroerende zaak aan de Grebbelinieweg, zijnde een woning met een oppervlakte van 144 m² gelegen op een perceel met een oppervlakte van 800 m². Aan belanghebbende is ter zake van de onroerende ...
Omdat belanghebbende geen aangifte OZB heeft gedaan hoewel hij de afgelopen vijf jaren geen aanslagen OZB had ontvangen, wordt de vraag of een navorderingsaanslag voor 2015 kan worden opgelegd beantwoord o.b.v. artikel 13 ALL. Belanghebbende voert aan dat een nieuw feit ontbreekt omdat alle notariële aktes, ook de koopakte van de onderhavige onroerende zaak, o.b.v. de Registratieverordening 1908 door de Inspecteur moeten worden geregistreerd en de Inspecteur om die reden bekend was met de verkrijging van de onroerende zaak door belanghebbende. Inspecteur geeft toe dat in dit geval een nieuw feit ontbreekt
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is onder meer het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft in 2003 een onroerende zaak gekocht. Volgens de Inspecteur is belanghebbende pas voor het tijdvak 2014-2018 als belastingplichtige voor de onroerendezaakbelasting (OZB) aangemerkt. Aan belanghebbende zijn op 30 november 2020 een aanslag OZB voor het ...
Geen OZB aangifteplicht omdat belanghebbende de afgelopen vijf jaar drie keer een aanslag OZB heeft gehad en dus als belastingplichtige voor de OZB bekend was bij de Inspecteur. De vijfjaarstermijn van artikel 10 LvOZB geldt dan onverkort: de op 30 december 2020 opgelegde navorderingsaanslag OZB 2015 is buiten die termijn opgelegd
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is onder meer het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft in 2008 een onroerende zaak gekocht. Het betreft een eigendomsterrein met daarop gebouwd een woning. Op 30 december 2020 is aan belanghebbende een navorderingsaanslag onroerendezaakbelasting (OZB) voor het jaar 2015 opgelegd. Aan belanghebbende waren eerder ...
Belanghebbende heeft tijdig aan aangifteplicht OZB voldaan en geen onjuiste of onvolledige informatie verstrekt: vijfjaarstermijn van artikel 10 LvOZB onverkort van toepassing, geen navordering over 2015. Ook artikel 13 ALL kan niet als wettelijke basis dienen voor de navordering, omdat die alleen in de gevallen waarin niet aan de in de overgangsregeling opgenomen vormen van aangifteplicht is voldaan van toepassing is op de OZB
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is onder meer het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende is reeds vanaf het jaar 2007 eigenaar van een onroerende zaak (een appartement) en heeft op 26 februari 2020 aangifte voor de onroerendezaakbelasting (OZB) gedaan overeenkomstig de overgangsbepaling opgenomen in artikel XII (van de Landsverordening belastingmaatregelen ...
Omdat het bezwaar tegen de aanslag OZB 2022 (niet zijnde het eerste jaar van het vijfjarige tijdvak) was gericht tegen de vastgestelde waarde, had de Inspecteur het bezwaar niet-ontvankelijk moeten verklaren in plaats van ongegrond te verklaren. Deze misslag betekent niet dat de uitspraak wordt vernietigd: analoog aan het oordeel van de Hoge Raad laat het Gerecht de uitspraak in stand en verklaart het beroep ongegrond
Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft in juni 2021 een onroerende zaak verworven voor een bedrag van USD 595.000 (NAfl. 1.082.900). Voor de jaren 2019 tot en met 2021 zijn in oktober 2021 (2019), in mei 2022 (2020) en in juli 2022 (2021) ...
Einduitspraak in grondbelastingzaak: met implementatie van de prejudiciële beslissing van de Hoge Raad verklaart het Gerecht het beroep van belanghebbende ongegrond. Gerecht geeft context aan waartegen die implementatie plaatsvindt en de beperkte bewegingsvrijheid die het Gerecht daarbij heeft
Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Op basis van de Landsverordening grondbelasting (hierna: LGB) wordt in Aruba jaarlijks een belasting op onroerende zaken geheven en de zakelijke genotsrechten waaraan deze zijn onderworpen. Uitgangspunt daarbij is dat de waarde van onroerende zaken wordt vastgesteld voor een ...