Boekbespreking: ‘Fiscaal procesrecht in het Caribisch deel van het Koninkrijk’ van A.J.H. van Suilen – door mr. L.J.A. Pieterse

CFN-artikelnummer 20201120-9 Land/gebiedsdeel: Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Caribisch Nederland, Bonaire, Sint Eustatius, Saba, BES Betreft: belastingprocesrecht, fiscaal procesrecht, fiscale rechtspleging, Caribisch belastingprocesrecht, Caribisch fiscaal procesrecht, Caribische fiscale rechtspleging, fiscale rechtspraak, fiscale rechtspraak in de Caribische delen van het Koninkrijk, bezwaarprocedure, beroepsprocedure, beroep in belastingzaken, hoger beroepsprocedure, hoger beroep in belastingzaken, cassatie, beroep in cassatie, eenvormig belastingprocesrecht, Arubaans belastingrecht, Curaçaos belastingrecht, Sint Maartens belastingrecht, Caribisch belastingrecht Caribisch Nederlands belastingrecht, Antilliaans belastingrecht, ...

Onderlinge overlegprocedure vastgesteld en gepubliceerd in de Landscourant (Aruba)

In de Landscourant van Aruba van 25 mei 2020, jaargang 2020, no. 11 (Lcrt. 2020 no. 11, blz. 4-9) is het besluit van de minister van Financiën, Economische Zaken en Cultuur van 18 mei 2020 met het beleid inzake de onderlinge overlegprocedure gepubliceerd. Dit beleid bevat een beschrijving en invulling van de onderlinge overlegprocedure op grond van een verdrag op fiscaal gebied. Het beleid is in werking getreden met ingang ...

Belanghebbende heeft naar het oordeel van het Gerecht niet op enigerlei wijze onderbouwd dat de premies en rente door hem zijn betaald

Samenvatting zaak In deze Curaçaose inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft in zijn aangifte inkomstenbelasting onder meer een bedrag aan premies overlijdensrisicoverzekering in aftrek gebracht van twaalfmaal NAf 83 alsmede een bedrag aan rente van hypothecaire geldschuld. Bij het vaststellen van de aanslag heeft de Inspecteur van deze premies een bedrag van NAf 83 als persoonlijke lasten in aanmerking genomen, omdat slechts ter zake van één maandbetaling bewijs ...

Verzamelwet SZW 2019 in Staatsblad. Onder meer wijzigingen in de AOV, AWW, OV en ZV van de BES met betrekking tot bezwaar en beroep

Op 22 november 2018 is de Wet van 17 oktober 2018 tot wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid alsmede enkele wetten van andere ministeries (Verzamelwet SZW 2019), uitgegeven en geplaatst in het Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden, jaargang 2018, nr. 424 (Stb. 2018, 424). De Verzamelwet SZW 2019 bevat onder meer wijzigingen met betrekking tot de bepalingen over de bekendmaking van beschikkingen, met ...

Noodzaak tot het instellen van beroep vloeide niet uitsluitend voort uit de handelwijze van de belanghebbende. Belanghebbende komt in aanmerking voor forfaitaire proceskostenvergoeding maar niet voor integrale vergoeding

Samenvatting zaak Aan belanghebbende is een voorlopige aanslag AVBZ opgelegd. Deze voorlopige aanslag is vastgesteld op basis van de ten tijde van het opleggen daarvan bekende inkomensgegevens van voorgaande jaren. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de voorlopige aanslag. Daarbij is verzocht om te worden gehoord. Hij heeft daarbij niet verzocht om een vergoeding van de kosten in de bezwaarfase. Bij uitspraak op het bezwaar heeft de Inspecteur de voorlopige aanslag ...

Gerecht honoreert verzoek om proceskostenvergoeding niet omdat belanghebbende zelf het beroepschrift heeft geschreven en ingediend, zodat niet is gebleken dat door een derde beroepsmatig bijstand is verleend. Wel recht op vergoeding van het griffierecht

Samenvatting zaak Belanghebbende heeft het beroep ingetrokken omdat de Inspecteur aan haar bezwaren is tegemoetgekomen. Tussen partijen is uitsluitend nog de proceskostenvergoeding voor de beroepsprocedure in geschil. In artikel 15, lid 3, Landsverordening op het beroep in belastingzaken (hierna: LBB) is bepaald dat in geval van intrekking van het beroep, omdat de Inspecteur geheel of gedeeltelijk aan de belanghebbende is tegemoetgekomen, de Inspecteur op verzoek van de belanghebbende bij afzonderlijke ...

Het te vroeg indienen van een beroepschrift tegen het niet tijdig beslissen van de Inspecteur leidt niet tot niet-ontvankelijkheid van het beroep tegen de nadien gegeven (reële) uitspraak

Samenvatting zaak In deze zaak is in beginsel tussen partijen uitsluitend nog de proceskostenvergoeding voor de beroepsprocedure in geschil. Het bezwaarschrift tegen de naheffingsaanslag winstbelasting 2013 en verzuimboete 2013 is buiten de bezwaartermijn ingediend. De Inspecteur heeft daarom dit bezwaar terecht niet-ontvankelijk verklaard. Het daartegen ingestelde beroep wordt dan ook ongegrond verklaard. Dientengevolge bestaat voor een proceskostenvergoeding geen aanleiding. Bij brief van 7 februari 2017 heeft belanghebbende evenwel ook beroep ...