Inwoner van Aruba/buitenlandse belastingplichtige in Curaçao claimt op grond van artikel 39 BRK dezelfde tegemoetkomingen als inwoners van Curaçao. Gerecht oordeelt evenwel dat de uitgaven niet kwalificeren als tegemoetkomingen ter zake van burgerlijke staat omdat het geen uitgaven betreffen die voortspruiten uit een uit het familierecht voortvloeiende wettelijke verplichting. Dit geldt ook voor de ouderentoeslag

Samenvatting zaak In deze Curaçaose inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft de Nederlandse nationaliteit en is woonachtig in Aruba. Hij geniet inkomen uit Curaçao. In Curaçao wordt belanghebbende aangemerkt als buitenlandse belastingplichtige in de zin van artikel 1, lid 3 van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 (hierna: LIB). Belanghebbende heeft in zijn (Curaçaose) aangifte inkomstenbelasting als buitengewone last kosten ter zake van het overlijden van zijn ...