SER-advies betreffende ontwerplandsverordening paardenwedrennen: aandachtspunten inzake belastingprojecties (Curaçao)

Onlangs is het advies van de Sociaal-Economische Raad (SER) van Curaçao betreffende de ontwerplandsverordening paardenwedrennen openbaar gemaakt. Het advies is behandeld en vastgesteld in de voorbereidende en plenaire vergadering van de SER van 12 maart 2021 en is op 19 maart 2021 aangeboden aan de Minister van Financiën van Curaçao. Hierbij zetten wij het advies naar u door. De ontwerplandsverordening zelf is nog niet openbaar. Voluit luidt de ontwerplandverordening overigens: ...

Bericht Openbaar Ministerie over maatregelen jegens ondernemers die niet aan hun aangifteverplichtingen voldoen (Curaçao)

De afgelopen dagen is in verschillende media bericht over de aankondiging van het Openbaar Ministerie (OM) van Curaçao van maatregelen jegens ondernemers die niet aan hun aangifteverplichtingen voldoen. De betreffende aankondiging werd geplaatst op de facebookpagina van het OM. Klik hier voor een link naar die aankondiging op de fb-pagina van het OM. Hierna hebben wij de integrale tekst van de aankondiging opgenomen (Papiamentu), maar eerst volgt een korte samenvatting ...

Hoge Raad verklaart cassatieberoep ongegrond in zaak over de vraag of door het bij informatiebeschikking opvragen van de volledige administratie van een Antilliaanse N.V. het evenredigheidsbeginsel geschonden is. Gaat over de vraag of NV gevestigd is in Nederland en daarom is aan te merken als binnenlands belastingplichtige (Nederlandse belastingzaak)

Samenvatting zaak In deze Nederlandse belastingzaak is, kort samengevat, het volgende aan de orde. Belanghebbende, opgericht volgens het recht van de Nederlandse Antillen en statutair gevestigd op Curaçao, treedt op als trustkantoor. Bij brief van 27 augustus 2015 heeft de Inspecteur belanghebbende meegedeeld dat er aanwijzingen zijn dat zij gevestigd en belastingplichtig is in Nederland en haar, onder verwijzing naar artikel 47 AWR, verzocht om de administratie vanaf de jaren ...

Hoge Raad doet cassatieberoepen af met toepassing van artikel 81 RO. Betreft veroordeling vanwege onder meer het niet doen respectievelijk het onjuist doen van belastingaangifte door een rechtspersoon. Conclusie Advocaat-Generaal over het ‘ne bis in idem-beginsel’

Samenvatting zaak De Hoge Raad heeft op 17 december 2019 in drie samenhangende Sint Maartense fiscale strafzaken (ECLI:NL:HR:2019:1969, ECLI:NL:HR:2019:1970 en ECLI:NL:HR:2019:1971) de door de verdachte ingestelde cassatieberoepen afgedaan met toepassing van artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie (R.O.) omdat de middelen niet tot cassatie kunnen leiden nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Het ...

Aan Curaçaos trustkantoor gegeven informatiebeschikking met betrekking tot de heffing van (Nederlandse) vennootschapsbelasting blijft in stand. Hof oordeelt dat het verzoek tot overlegging van de volledige administratie – ook indien het bepaalde in de Curaçaose Landsverordening toezicht trustwezen in ogenschouw wordt genomen – zowel niet in strijd is met het evenredigheidsbeginsel als met het verbod van détournement de pouvoir

Samenvatting zaak In deze Nederlandse belastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende, opgericht volgens het recht van de Nederlandse Antillen en statutair gevestigd op Curaçao, treedt op als trustkantoor. Enig aandeelhouder en tevens één van de bestuurders van belanghebbende is “X”. “A” is – evenals X – bestuurder van belanghebbende. A woonde in de onderhavige jaren in Curaçao. De inspecteur van de Nederlandse belastingdienst heeft een aantal derdenonderzoeken naar ...

Gerecht heeft op goede gronden geoordeeld dat sprake is van grove schuld waarbij een vergrijpboete van 25% past, maar anders dan het Gerecht ziet het Hof geen redenen voor verdere matiging omdat geen aangiftebiljetten zouden zijn uitgereikt. Wel matiging vanwege lange behandeltermijn

Samenvatting zaak In deze Curaçaose hoger beroep belastingzaak is het Hof – kort samengevat – van oordeel dat het Gerecht op goede gronden geoordeeld heeft dat sprake is van grove schuld aan de zijde van belanghebbende dat te weinig belasting is betaald waarbij een vergrijpboete van 25% past. Echter, anders dan het Gerecht, ziet het Hof geen redenen om de boetes (verder) te matigen omdat geen aangiftebiljetten zouden zijn uitgereikt ...

Ook in hoger beroep integrale vrijspraak van het opzettelijk onjuist doen van aangiften inkomstenbelasting

Samenvatting zaak Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie heeft op donderdag 13 december 2018 de verdachte in deze fiscale strafzaak ook in hoger beroep integraal vrijgesproken van het opzettelijk onjuist doen van aangiften van de inkomstenbelasting. Zo blijkt uit een persbericht van het Hof van 13 december 2018. In eerste aanleg werd de verdachte bij vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao van 17 november 2017, zaaknummer 810.00001/17, ECLI:NL:OGEAC:2017:167 ...

Bekrachtiging vonnis waarvan verzet in “onderzoek Emerald”. Niet aannemelijk geworden dat de werkzaamheden waarvoor facturen zijn opgemaakt en cheques zijn geïncasseerd, in het geheel niet zijn verricht. Het moet ervoor worden gehouden dat de werkzaamheden (in ieder geval deels) zijn verricht. De daarmee gegenereerde omzet en winst had de verdachte moeten opgeven in de aangiften IB en BBO

Samenvatting zaak Het betreft hier een vonnis (ECLI:NL:OGEAM:2018:48) gewezen op het door verdachte ingestelde verzet tegen het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten (hierna: het Gerecht) van 22 februari 2018 in de zaak tegen de verdachte (ECLI:NL:OGEAM:2018:5). Dat vonnis was een van de vonnissen in het zogenaamde “onderzoek Emerald”.  In de CFN’s van 23 februari 2018 en 20 april 2018 rapporteerden wij over de vonnissen in ...

Standpunt van de verdediging fiscaal pleitbaar, hetgeen met zich brengt dat niet kan worden bewezen dat sprake was van een aanmerkelijke kans dat de aangiften onjuist zouden zijn. Geen sprake van (voorwaardelijk) opzet

Samenvatting zaak Het betreft hier een strafvonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (hierna: het Gerecht). Aan de verdachte is ten laste gelegd dat (zeer kort samengevat) aangifte(n) inkomstenbelasting, onjuist en/of onvolledig heeft gedaan. Primair gaat het om opzettelijk onjuiste aangifte doen in de zin van artikel 49, eerste en tweede lid, van de Algemene Landsverordening Landsbelasting (hierna: ALL) en subsidiair gaat het om het commune delict valsheid ...