Gerecht oordeelt dat door AVV aan haar certificaathouder verstrekte geldlening kan worden aangemerkt als het beleggen van vermogen, belanghebbende blijft vrijgesteld van winstbelasting. Het door de Inspecteur met betrekking tot de uitleg van het beleggingsbegrip gevoerde andere beleid bindt uitsluitend de Inspecteur en kan belastingplichtigen niet worden tegengeworpen

Samenvatting zaak In deze Arubaanse winstbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is een Aruba Vrijgestelde Vennootschap (hierna: AVV). Alle (gecertificeerde) aandelen in belanghebbende zijn in handen van een in Nederland gevestigde stichting die is opgericht door twee broers. Alle certificaten van aandelen zijn in handen van de zoon van één van de broers welke zoon woonachtig is te Nederland. Belanghebbende heeft in 1996, 1999, 2004 en 2008 geldleningen ...

Ministeriële regeling: toepassing aftrekbeperking van artikel 6 lid 2 onderdeel f LWB kan onder voorwaarden achterwege blijven op aan kwalificerende verbonden pensioenfondsen betaalde renten en vergoedingen

Op 14 december 2018 is de Ministeriële regeling van 13 december 2018 ter uitvoering van artikel 30, onderdeel b, van de Algemene landsverordening belastingen (AB 2004 no. 10) (hierna: de ministeriële regeling) uitgegeven en geplaatst in het Afkondigingsblad van Aruba, jaargang 2018, nr. 73 (AB 2018, no. 73). In de ministeriële regeling wordt, kort samengevat, bepaald dat de toepassing van artikel 6 lid 2 onderdeel f van de Landsverordening winstbelasting ...

Belanghebbende is naar het oordeel van het Gerecht geen spaar- en ondersteuningsfonds waarvan de winst is vrijgesteld. Beroep op schending van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur verworpen. Belanghebbende kan op basis van een aanschrijving een voorziening vormen voor dubieuze leningen ook al loopt ze in werkelijkheid geen risico

Samenvatting zaak Belanghebbende is een coöperatieve vereniging. Belanghebbende stelt zich op het standpunt dat zij een spaar- en/of ondersteuningsfonds is, waarvan de winst is vrijgesteld op grond van artikel 2, lid 1, letter c van de Landsverordening op de Winstbelasting 1940 (hierna: de Lv WB). Belanghebbende heeft over de jaren 2006, 2008 en 2010 aangifte gedaan naar bedragen van nihil met als toelichting dat ze geen bedrijf uitoefent en dat ...