Vrijspraak in douanestrafzaak: geschil over indeling in het tariefposten-classificatiesysteem is van bestuursrechtelijke aard waarover de bestuursrechter (belastingrechter) uitsluitsel moet geven. Vermelden juiste goederencode is geen vereiste bij het doen van aangifte cf. artikel 54 (1)(c) Liud

Samenvatting zaak In deze twee, inhoudelijk vrijwel identieke, Arubaanse strafrechtelijke zaken (ECLI:NL:OGEAA:2023:324 respectievelijk ECLI:NL:OGEAA:2023:325) is het volgende aan de orde. De onderstaande samenvatting is overigens gebaseerd op ECLI:NL:OGEAA:2023:324. Tenlastelegging Aan de verdachte is, kort samengevat en enigszins geparafraseerd, ten laste gelegd dat hij in Aruba op de aangifte/vertreknota heeft aangegeven en/of laten aangeven sigaren en cigarillo’s onder de goederencode 2402 1000, zijnde een niet juiste specificatie der goederen onder hun ...

Veroordeling wegens het doen van onjuiste douaneaangiften omdat een verkeerde, aanzienlijk lagere, douanewaarde is aangeven waardoor de invoerrechten onjuist zijn berekend. Hoewel vaststaat dat een verkeerde douanewaarde is aangegeven, is de door de Douane voorgestane douanewaarde in deze strafzaak niet komen vast te staan. Wat de douanewaarde moet zijn, moet door de belastingrechter worden beantwoord

Samenvatting zaak In deze Arubaanse strafrechtelijke zaak is het volgende aan de orde. De verdachte in deze zaak, een rechtspersoon, heeft huidverzorgingsartikelen van een bepaald merk op douaneaangiften aangegeven. De in de douaneaangiften vermelde douanewaarde heeft als grondslag factuurprijzen van respectievelijk $ 4.506 en $1.643. Voor de invoer van de goederen is Afl. 1.117,60 aan invoerrechten betaald. De Douane meent dat de douaneaangifte onjuist is omdat een te lage waarde ...

Hoewel de LIUD zelf daarin niet voorziet, overweegt het Gerecht dat ter wille van een behoorlijke rechtsbescherming beroep mogelijk moet zijn tegen het niet tijdig beslissen op een bezwaarschrift tegen de berekening van de invoerrechten door de douane en zoekt hiervoor aansluiting bij de ALB. In casu heeft belanghebbende evenwel prematuur beroep ingesteld omdat de Inspecteur ook dan nog de tijd had om uitspraken op bezwaar te doen. Ook geen voorlopige voorziening omdat voor belastingzaken daartoe geen wettelijke grondslag bestaat

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde (samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende importeert en verkoopt schoonheidsproducten in Aruba. Ter zake van enkele zendingen heeft belanghebbende facturen van de buitenlandse leveranciers overgelegd. Belanghebbende en de buitenlandse leveranciers zijn met elkaar verbonden. De douane heeft de douanewaarde bij de zendingen niet geaccepteerd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de door de Douane vastgestelde waardes. In geschil is of ...

Kosten van verzegeling van containers met inkomende douanegoederen komen voor rekening van het Land omdat de verzegeling door de douane is bevolen. Voor veroordeling van de Inspecteur tot vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten bestaat geen wettelijke grondslag

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is douane-expediteur. Aan hem zijn kosten van verzegeling in rekening gebracht voor de verzegeling van containers met inkomende douanegoederen. Hij heeft die kosten voldaan, maar heeft bezwaar gemaakt en teruggaaf verzocht van de over de periode 2014 t/m 2020 betaalde verzegelingskosten. Volgens hem moeten alle containers beladen met inkomende douanegoederen op basis van artikel 100, lid 1 ...

Hof sluit zich aan bij het ter zitting bereikte compromis over de vermindering van de aan belanghebbende uitgereikte UTB van invoerrechten en accijnzen ter zake van de invoer van gedistilleerde dranken

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende is in 2005 aangehouden vanwege (onder meer) een verdenking van het medeplegen van overtreding van artikel 223a van de Landsverordening in-, uit- en doorvoer (LIUD) (frauduleuze invoer van sterke dranken), te weten het hebben ontvangen van vier zendingen gedistilleerde dranken waarover geen invoerrechten en accijnzen waren betaald. Nadat het Openbaar Ministerie heeft ...

Rechter constateert na proeven en waarnemen dat de BB-drank licht bruisend is, een lichte smaak en geur van fruit en een helder lichtgele kleur heeft: de organoleptische eigenschappen stroken met in post 2206 ingedeelde producten, niet met die in post 2208

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende drijft een groothandel in onder meer bier, alcoholische en niet alcoholische dranken. De voornaamste importprodukten van belanghebbende zijn de zogenoemde ‘craft beers’ voornamelijk afkomstig uit de Verenigde Staten. Het product wordt op de markt gebracht in een blik met een inhoud van 12 Fl. OZ. Op de verpakking wordt het product omschreven als ‘Passion Fruit & Guava ...

Gerecht van oordeel dat voor heffing van accijns op gedistilleerd niet zonder meer kan worden aangesloten bij de producten die voor de heffing van invoerrechten worden ingedeeld onder de tariefpost 22.08. Voor de accijns moet worden beoordeeld of de dranken grotendeels gedistilleerde alcohol bevatten

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende voert sinds 1995 verschillende alcoholhoudende dranken in, waaronder dranken van het merk ‘Bud Light Lime’ (hierna: BLL-dranken) en ‘Bartels & James’ (hierna: BJJ-dranken). Deze dranken komen in flessen van kleiner dan twee liter en hebben een alcoholpercentage van respectievelijk 8% en 3.2%. De dranken zijn door belanghebbende bij invoer aangegeven onder de tariefpost 2203 ‘bier van mout’ ...

Aansluiting zoekend bij Nederlandse regelgeving, komt het Gerecht tot het oordeel dat de onderhavige voertuigen (met een elektromotor en een benzinemotor) niet voldoen aan de ‘piekvermogen-norm’ van 15% om te kunnen worden aangemerkt als ‘voertuig met een hybride aandrijvingsysteem’: lage invoerrechtentarief van 12% niet van toepassing. Beroep op gelijkheidsbeginsel faalt ook

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft voertuigen van het merk Mercedes-Benz (GLE 450 4MATIC) ingevoerd (hierna: de voertuigen). De voertuigen hebben een elektromotor en een benzinemotor. De voertuigen kunnen niet door de elektromotor alleen worden voortbewogen. Bij de invoer heeft belanghebbende de voertuigen ingedeeld in tariefpost 8703.3110 voor voertuigen met een hybride aandrijvingssysteem en heeft het daarbij verschuldigde tarief van 12% aan ...

Tegen het niet-tijdig doen van uitspraak op bezwaar (fictieve weigering) inzake de toepassing van de Landsverordening in-, uit-, en doorvoer staat geen beroep open, maar Gerecht zoekt aansluiting bij de Algemene landsverordening belastingen (ALB). Beroepen evenwel prematuur en daarom ook met overeenkomstige toepassing van de ALB niet ontvankelijk

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft aangiften ten invoer gedaan en is op 20 september 2021 respectievelijk 13 oktober 2021 tegen de door de douaneambtenaar berekende invoerrechten in bezwaar gekomen. De Inspecteur heeft niet beslist op de bezwaren van belanghebbende. Belanghebbende is op 23 december 2021 in beroep gekomen. Belanghebbende verzoekt om teruggave van het volgens hem ten onrechte betaalde bedrag aan invoerrechten ...

Gerecht overweegt dat belanghebbende in 2018 haar normale woonplaats heeft verplaatst naar Aruba. Geen verhuisboedelvrijstelling voor eind 2020 overgebrachte goederen: niet aannemelijk gemaakt dat vanwege de coronacrisis de goederen niet binnen de twaalfmaandentermijn hadden kunnen worden overgebracht. Waarde overigens terecht gebaseerd op de ‘normale prijs’

Samenvatting zaak In deze Arubaanse invoerrechtenzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende en haar echtgenoot hebben in verband met de (terug)verhuizing vanuit Curaçao naar Aruba in 2018 een deel van de inboedel naar Aruba overgebracht en daarvoor de verhuisboedelvrijstelling gevraagd en verkregen. De echtgenoot heeft vanaf 2018 permanent in Aruba gewoond. Belanghebbende ging vanwege haar werk tot juli 2019 vanuit Aruba nog regelmatig naar Curaçao, waar zij dan in ...

Verzoek om teruggaaf verzegelingskosten van containers met inkomende douanegoederen ontbeert juridische basis: wordt aangemerkt als bezwaar tegen de in rekening gebrachte zegelkosten. Inspecteur heeft ingevolge artikel 18, lid 2 ALB één jaar de tijd om uitspraak te doen: ingediende beroep tegen het niet tijdig doen van uitspraken op bezwaar is prematuur

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende, wonende te Aruba, is douane-expediteur. In de periode 2014 tot en met 2021 zijn aan hem kosten van verzegeling in rekening gebracht voor de verzegeling van containers met inkomende douanegoederen. Belanghebbende heeft die kosten voldaan. Daarnaast heeft hij ter zake van deze kosten buitengerechtelijke incassokosten betaald. Belanghebbende heeft een verzoek om teruggave van de kosten van verzegeling ...

Ook het Hof acht niet aannemelijk dat de door belanghebbende beschreven procedure de destijds geldende vaste gedragslijn voor teruggaaf van accijns op sigaretten was. Met betrekking tot één van de teruggaafverzoeken wordt voldaan aan de wettelijke voorwaarden: uit een e-mail van de buitenlandse fabrikant blijkt dat de beschadigde accijnszegels zijn teruggezonden en deze waren bij controle ook nog ter plaatse

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende, gevestigd te Aruba, is importeur van onder andere sigaretten. Op basis van artikel 2 van de Landsverordening accijns op sigaretten (hierna: Las) wordt accijns geheven van sigaretten welke in het vrije verkeer worden gebracht. De accijns wordt voldaan door middel van accijnszegels (artikel 3, lid 1 Las). Ingevolge artikel 14, letter b Las worden bij landsbesluit, houdende ...

Zendingen sterke drank op onregelmatige wijze ingevoerd waarmee rechten bij invoer zijn ontdoken: UTB terecht aan belanghebbende opgelegd. De UTB behelst verder geen ‘criminal charge’ in de zin van artikel 6 EVRM en kan daarom niet i.v.m. ‘undue delay’ worden vernietigd. Ook geen strijdigheid met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende is op 16 maart 2005 aangehouden en in verzekering gesteld vanwege (onder meer) een verdenking van het medeplegen van overtreding van artikel 223a van de Landsverordening in-, uit- en doorvoer (LIUD) (frauduleuze invoer van sterke dranken), te weten het hebben ontvangen van vier zendingen gedistilleerde dranken – in november 2004 en januari ...

Schipper vissersboot veroordeeld tot een geldboete wegens niet ten invoer aangeven van kauwtabak. Verweer dat hij niet wist dat hij invoerrechten op de tabak verschuldigd was, verworpen (geen sprake van verontschuldigbare rechtsdwaling)

Samenvatting zaak In deze Arubaanse (douane-)strafzaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (hierna: het Gerecht) verdachte, schipper van een vissersboot, veroordeeld tot een geldboete wegens (onder meer) het niet (ten invoer) aangeven van kauwtabak, hetgeen overtreding oplevert van artikel 53 van de Landsverordening in-, uit- en doorvoer (LIUD), strafbaar gesteld bij artikel 233 van die landsverordening. Het bewezenverklaarde Het Gerecht acht wettig en overtuigend bewezen dat (1) de ...

Verhuisboedelvrijstelling niet verleend omdat de boedel niet binnen 12 maanden na overbrenging normale verblijfplaats is ingevoerd. Belanghebbende heeft al sinds maart 2017 persoonlijke binding op Aruba: op dat moment is zijn normale verblijfplaats overgebracht, niet pas op het moment dat hem in mei 2019 een verblijfs- en werkvergunning werd verleend

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde (kort samengevat en enigszins geparafraseerd). Belanghebbende heeft op Curaçao gewoond. Op 17 maart 2017 heeft hij zich uitgeschreven uit de basisadministratie persoonsgegevens van Curaçao en op 18 maart 2017 is hij vertrokken naar Aruba om zich daar te vestigen bij zijn daar wonende partner. Op 8 juni 2018 is belanghebbende ingeschreven in het bevolkingsregister van Aruba. Op 24 ...

Afwijzing verzoek om vrijstelling van invoerrechten op havenkraan. Hof: schrijven van de Minister geen beschikking als bedoeld in artikel 128 vierde lid Liud (en dus geen Lar-beschikking), bezwaar terecht niet-ontvankelijk verklaard

Samenvatting zaak In deze Arubaanse bestuursrechtelijke zaak (Lar) is het volgende aan de orde (kort samengevat). Bij de Ministeriële Beschikking van 18 februari 2011 (de Ministeriële Beschikking) heeft de minister van Financiën, Economische Zaken en Cultuur van Aruba (de Minister) bepaald dat – zakelijk weergegeven – vrijstelling van heffing van invoerrecht wordt toegepast bij de invoer van: materialen en benodigdheden voor de aanleg en uitbreiding van zeehavens; containerkranen, laadkranen, alsmede ...

Hof bevestigt uitspraak Gerecht in zaak over toepassing lage 2%-tarief van invoerrechten op airco’s onder begunstigend beleid voor de invoer van energiezuinige producten. Redelijkerwijs valt niet te betwijfelen dat het certificaat moet zijn verstrekt door een organisatie of instantie die de energie-eigenschappen van airco’s onafhankelijk heeft vastgesteld

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak op het gebied van de heffing van invoerrechten is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft aangifte ten invoer gedaan voor een partij airco’s. Daarbij is een beroep gedaan op de toepassing van onderdeel 8 van het begunstigend beleid van 28 juni 2013. Op grond van het begunstigend beleid wordt onder bepaalde voorwaarden met betrekking tot de Energie Efficiency Ratio (EER) van de airco’s ...

Veroordeling schipper wegens niet uitklaren motorschip. Verweer dat een schip slechts indien het zich buiten de Arubaanse territoriale wateren begeeft dient te worden uitgeklaard, verworpen. LIUD en het toezicht- en formaliteiten-stelsel ook binnen de Arubaanse territoriale wateren (inclusief het redegebied) geldig

Samenvatting zaak In deze Arubaanse strafzaak op douanegebied is het volgende aan de orde. Feiten De verdachte is kapitein van een motorschip. Het motorschip wordt onder meer gebruikt om schepen die zich in de territoriale wateren van Aruba bevinden van voorraden te voorzien. In het onderhavige geval heeft het motorschip in juni 2020 een olietanker, die zich op drie à vier zeemijlen vanaf de kust van Aruba bevond, met doorvoergoederen ...

Veroordeling wegens niet inklaren motorschip. In zijn hoedanigheid van scheepsagent vervangt verdachte de schipper bij de inklaring en is derhalve gehouden douaneformaliteit te vervullen. LIUD ook binnen de Arubaanse territoriale wateren (inclusief het ankergebied) geldig

Samenvatting zaak In deze Arubaanse strafzaak op douanegebied is het volgende aan de orde. Feiten Op 5 augustus 2019 kwam het onderhavige motorschip Aruba binnen en meerde aan in het redegebied in de territoriale zee van Aruba. Het schip was op 22 augustus 2019 nog niet ingeklaard. De verdachte in deze zaak, scheepsagent, heeft het schip – op verzoek van haar rederij – na 22 augustus 2019 alsnog ingeklaard. Tenlastelegging ...

Afwijzing verzoek om vrijstelling van invoerrechten op havenkraan. Gerecht oordeelt dat het schrijven van de Minister geen rechtsgevolg in het leven heeft geroepen en derhalve niet kan worden aangemerkt als een ‘Lar-beschikking’. Was slechts een herhaling van hetgeen de Inspecteur bij beschikking al had besloten (tegen de beschikking van de Inspecteur waarbij het bezwaar ongegrond is verklaard is geen rechtsmiddel aangewend, zodat deze in rechte vast is komen te staan)

Samenvatting zaak In deze Arubaanse bestuursrechtelijke zaak (Lar) met betrekking tot een niet gehonoreerd verzoek om vrijstelling van invoerrechten, is het volgende aan de orde. Op 6 juli 2015 verzoekt een te Aruba gevestigde stuwadoorsbedrijf/havenbeheerder (appellante in deze zaak) – kort samengevat en enigszins geparafraseerd – aan de minister van Financien, Economische Zaken en Cultuur van Aruba (de “Minister”, verweerder in deze zaak), met verwijzing naar een Ministeriële Beschikking van ...

Hof verklaart zich onbevoegd om over het schadevergoedingsverzoek te oordelen. Regelgeving Aruba voorziet niet in de mogelijkheid tot het toekennen van een schadevergoeding door de belastingrechter, verzoek dient bij de burgerlijke rechter te worden ingediend

Samenvatting zaak Op 22 april 2021 heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: het Hof) uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AUA2019H00112 (ECLI:NL:OGHACMB:2021:107) op het door belanghebbende ingestelde hoger beroep tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (het Gerecht) van 5 april 2019 in de zaak BBZ nr. AUA201803150 (ECLI:NL:OGEAA:2019:225). In deze Arubaanse ...

Hotel beroept zich terecht op gepubliceerde beleidsregel waarin voor meubilair e.d. het 12%-tarief van toepassing is verklaard en kan vertrouwen ontlenen aan een individuele toezegging van de verantwoordelijke minister dat het 12%-tarief ook van toepassing is op andere goederen

Samenvatting zaak In deze Arubaanse invoerrechtenzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende exploiteert een hotel in Aruba. Zij heeft investeringen verricht ter renovatie van de hotelkamers. De daarvoor benodigde goederen zijn vanaf juni 2016 ingevoerd. De minister van Financiën heeft op 28 juni 2013 een begunstigende beleidsregel (“Aankondiging Begunstigend Beleid”) uitgevaardigd waarin onder meer is bepaald (onder punt 7) dat indien een hotel overgaat tot het inrichten of vernieuwen ...

Veroordeling douane-expediteur wegens het onder een verkeerde benaming aangeven van accijnsgoederen

Samenvatting zaak In deze Arubaanse strafzaak is het volgende aan de orde. Kort en zakelijk samengevat is aan de verdachte ten laste gelegd dat hij in Aruba bij de aangifte ter invoer accijnsgoederen onder een verkeerde benaming – te weten kookwijn – heeft opgegeven. Het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (hierna: het Gerecht) acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan. Verdachte, een ...

Gerecht acht niet aannemelijk dat de door belanghebbende beschreven procedure de vaste gedragslijn voor teruggaaf van accijns op sigaretten was. Ook overigens niet voldaan aan de wettelijke voorwaarden voor teruggaaf. Ontbreken rechtsmiddelverwijzing leidt tot verschoonbaarheid van de termijnoverschrijding

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is importeur van onder andere sigaretten. Op basis van artikel 2 van de Landsverordening accijns op sigaretten (hierna: Las) wordt accijns geheven van sigaretten welke in het vrije verkeer worden gebracht. De accijns wordt voldaan door middel van accijnszegels (artikel 3, lid 1 Las). Belanghebbende heeft verzocht om teruggaaf van accijns die betaald is voor accijnszegels. De ...

Vrijspraak van onder verkeerde benaming laten aangeven van een accijnsgoed, van het te laag laten aangeven van de waarde van goederen en van het laten aangeven van namaakproducten. Niet laten aangeven van een partij sigaretten wel bewezen verklaard: veroordeling tot geldboete

Samenvatting zaak In deze Arubaanse strafzaak is het volgende aan de orde. Verdachte in deze zaak is een rechtspersoon. Deze rechtspersoon drijft een bedrijf, alwaar diverse goederen worden verkocht. De directeur van het bedrijf heeft diverse goederen vanuit het buitenland voor verdachtes bedrijf naar Aruba geïmporteerd. Hij heeft zich daarbij bediend van een expediteursbedrijf, dat de goederen bij de douane namens de verdachte ten invoer heeft aangegeven. Tenlastelegging Aan de ...

Nu belanghebbende rechtmatig teruggaaf heeft gevorderd, heeft de Inspecteur de teruggaaf van invoerrechten terecht ten name van belanghebbende gesteld. Daaraan doet niet af dat de importeur het bedrag van invoerrechten heeft betaald

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak op het gebied van de heffing van invoerrechten is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft namens de importeur aangifte ten invoer gedaan van een partij meubels. Ter zake van de invoer heeft de importeur een bedrag van Afl.13.508 aan invoerrechten betaald. Belanghebbende heeft teruggaaf van betaalde invoerrechten gevorderd ten bedrage van Afl. 5.668. Bij beschikking heeft de Inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen de ...

Goederen onder CIF-voorwaarden verkocht, aannemelijk gemaakt dat in de factuurprijs ook de vracht- en verzekeringskosten zijn begrepen. Gerecht oordeelt dat de Inspecteur deze kosten bij het vaststellen van de douanewaarde ten onrechte heeft bijgeteld

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak op het gebied van de heffing van invoerrechten is het volgende aan de orde. Een importeur heeft in de jaren 2016 en 2017 bouwmaterialen voor een stalenstructuur (hierna: de goederen) ingevoerd. De goederen zijn geleverd door de leverancier te Venezuela. In de tussen de leverancier en de importeur gesloten overeenkomst is onder meer bepaald dat de goederen onder CIF-voorwaarden (Cost, Insurance en Freight) zullen ...

Gerecht oordeelt dat de chillers onder tariefpost 8418 vallen, komt daardoor niet meer toe aan de vraag of de koeltorens bestemd zijn om gezamenlijk met de chillers een koelfunctie te verrichten en ook niet aan de vraag of de koeltorens onder het begunstigend beleid vallen

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak op het gebied van de heffing van invoerrechten is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft een partij industriële koeltorens ingevoerd (hierna: de koeltorens). Deze koeltorens vormen onderdeel van een zogenoemd ‘chilled water system’ dat wordt geïnstalleerd in een hotelgebouw. De koeltorens worden gebruikt in combinatie met zogenoemde ‘chillers’. Door deze chillers worden de binnenruimtes in het hotelgebouw gekoeld met water. Een ‘chilled water ...

Hof oordeelt dat belanghebbende recht heeft op teruggaaf van invoerrechten ter zake van de ingevoerde auto. Anders dan het Gerecht heeft geoordeeld, staat de omstandigheid dat belanghebbende de auto in de zes maanden direct voorafgaande aan de verhuizing vanuit Nederland niet heeft gebruikt niet aan het verlenen van de vrijstelling in de weg omdat in dit geval geen sprake is van misbruik

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak op het gebied van het invoerrecht is het volgende aan de orde. Belanghebbende was in het jaar 1995 woonachtig in Aruba. In dat jaar had hij de auto reeds in eigendom. Hij heeft de auto bij zijn vertrek uit Aruba – in het jaar 1998 – meegenomen naar Curaçao en daarna – in het jaar 2001 - naar Nederland. Bij de Dienst Wegverkeer in ...

Hof verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk omdat belanghebbende het griffierecht niet heeft betaald en bovendien het hoger beroep niet met redenen heeft omkleed

Samenvatting zaak In deze Arubaanse belastingzaak op het gebied van de heffing van invoerrechten is het volgende aan de orde. Belanghebbende, een N.V. gevestigd in Aruba, houdt zich samen met andere gelieerde vennootschappen bezig met de bouw en ontwikkeling van een luxe appartementen project en heeft diverse goederen ten behoeve van de inrichting van de appartementen ingevoerd. Ter zake van de invoer van de goederen heeft zij invoerrechten betaald. Op ...