Cassatieberoepen in zaken waarin de Nederlandse belastingdienst bij de burgerlijke rechter in Curaçao verklaring van recht vorderde dat de Curaçaose vennootschappen (op naam waarvan aanslagen zijn gesteld) nog bestaan, door Hoge Raad afgedaan met toepassing van artikel 81 RO. Gaat om de nationale bevoegdheidsverdeling/rechtsmachtsverdeling tussen de burgerlijke rechter en de belastingrechter en de vraag of deze verdeling ook geldt in interregionaal verband

Samenvatting van de zaken Op vrijdag 26 mei 2023 heeft de Hoge Raad een viertal door de Ontvanger en de Inspecteur van de Nederlandse belastingdienst ingestelde beroepen in cassatie tegen de uitspraken van 28 juli 2020 van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: het Hof) afgedaan met toepassing van artikel 81, lid 1, van de Wet op de ...

Hoge Raad verklaart cassatieberoep gegrond in Arubaanse zaak over aansprakelijkstelling van een (gewezen) bestuurder voor door een NV verschuldigde winstbelasting en wijst het geding terug naar het Hof. Verwijzingshof moet voor elk van de aanslagen beoordelen of de NV op het moment van de aansprakelijkstelling in gebreke was en, zo ja, of het beroep van de (gewezen) bestuurder op disculpatie slaagt

Samenvatting zaak Gisteren heeft de Hoge Raad arrest gewezen op het door belanghebbende ingestelde beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: het Hof) van 17 maart 2020 (zaaknummer AUA2019H00122; ECLI:NL:OGHACMB:2020:51), op het hoger beroep van de Ontvanger der belastingen van Aruba tegen de uitspraak van het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba ...

Conclusie A-G in zaak waarin het Hof van oordeel was dat de hoofdelijke aansprakelijkheid van de bestuurder voor door de vennootschap verschuldigde winstbelasting reeds ontstaat op het moment dat het boekjaar van de vennootschap ten einde loopt. Conclusie A-G strekt ertoe het door belanghebbende ingestelde cassatieberoep gegrond te verklaren

Samenvatting zaak Advocaat-Generaal R.L.H. IJzerman heeft op 23 februari 2022 (ECLI:NL:PHR:2022:178) conclusie genomen naar aanleiding van het door belanghebbende ingestelde beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (hierna: het Hof) van 17 maart 2020 (ECLI:NL:OGHACMB:2020:51). In die uitspraak oordeelde het Hof – kort samengevat – dat de hoofdelijke aansprakelijkheid van de bestuurder voor door de vennootschap verschuldigde winstbelasting reeds ontstaat op het moment dat het ...

Conclusies A-G in zaken waarin de Nederlandse belastingdienst bij de burgerlijke rechter in Curaçao verklaring van recht vordert dat de Curaçaose vennootschap – op naam waarvan aanslagen zijn gesteld – nog bestaat. Betreft de nationale bevoegdheidsverdeling/rechtsmachtsverdeling tussen de burgerlijke rechter en de belastingrechter en de vraag of deze verdeling ook geldt in interregionaal verband

Samenvatting zaak Advocaat-Generaal (A-G) mr. E.M. Wesseling-van Gent heeft op 24 december 2021 conclusie genomen in een viertal samenhangende Curaçaose civielrechtelijke zaken waarin – kort en zakelijk weergegeven – rechtsvragen aan de orde komen inzake de nationale bevoegdheidsverdeling/rechtsmachtsverdeling tussen de burgerlijke rechter en de belastingrechter, meer in het bijzonder of deze verdeling ook geldt in interregionaal verband. De strekking van artikel 40 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden ...

In rekening brengen van erfpachtcanon is een rechtshandeling naar burgerlijk recht: geen beschikking van een bestuursorgaan. Belastingrechter verklaart zich kennelijk onbevoegd, ook al kan blijkens de tekst van de Belastingwet BES niet onmiddellijk uitspraak worden gedaan als de belastingrechter zich onbevoegd acht

Samenvatting zaak In deze Bonairiaanse zaak inzake het door het openbaar lichaam Bonaire in rekening brengen van erfpachtcanon is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende is door de heffingsambtenaar erfpachtcanon in rekening gebracht. Belanghebbende heeft daartegen bezwaar gemaakt. De heffingsambtenaar heeft bij uitspraak het bezwaar ongegrond verklaard. Belanghebbende heeft beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar. Kort en zakelijk samengevat wordt door het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, ...

Belastbare waarde onroerende zaak voor de OZB bepaald naar werkelijke toestand op waardepeildatum: kan ook achteraf geschieden en gepaard gaan met een wijziging ten opzichte van het voorgaande tijdvak. Erfpachtcanon komt niet in mindering op de belastbare waarde. Over verrekeningen door Ontvanger dient belanghebbende zich te wenden tot de civiele rechter

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak met betrekking tot een aanslag onroerendezaakbelasting (OZB) is het volgende aan de orde. Belanghebbende heeft een erfpachtrecht op een perceel grond van 800 m2 met daarop gebouwd een woning (hierna: de onroerende zaak). Aan belanghebbende zijn voor de jaren 2014 en 2015 voorlopige aanslagen OZB opgelegd naar een belastbare waarde van telkens NAf 90.000. Bij uitspraak van het Gerecht van 10 augustus 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:220 ...

Inspecteur beschikte voor het jongste jaar niet over een voor navordering vereist nieuw feit. Ten tijde van het opleggen van de primitieve aanslagen was hij bekend met gegevens uit het proces-verbaal van de politie. Gerecht gaat in goede justitie over tot een schatting van het belastbaar inkomen

Samenvatting zaak In deze Curaçaose inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende drijft een kapsalon in de vorm van een eenmanszaak en heeft voor de jaren 2013 tot en met 2015 in de aangiften inkomstenbelasting een opbrengst van onderneming aangegeven. De Inspecteur heeft de aanslagen vastgesteld overeenkomstig de aangiften. Deze primitieve aanslagen zijn gedagtekend op 15 april 2016 (2013), 18 en 24 maart 2016 (2014) en 19 mei 2017 ...

Uitsluitend het premiedeel werknemers komt bij de heffing van AOV/AWW voor rekening van de werknemer: bij niet premieplichtig zijn behoeft dan aan de werknemer slechts teruggave van het premiedeel werknemers te worden verleend

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende is in dienstbetrekking werkzaam. Belanghebbende geniet een AOV-uitkering en is daarom niet meer verzekerd en premieplichtig voor de AOV/AWW. De werkgever heeft echter toch het werkgeversdeel premieheffing AOV/AWW op aangifte afgedragen. In de inkomstenbelasting heeft belanghebbende de afgedragen premie AOV/AWW als voorheffing verrekend. De Inspecteur heeft besloten aan belanghebbende geen (negatieve) aanslag premieheffing AOV/AWW op te leggen ...

Belastingrechter acht zich niet bevoegd in geschil over invordering. Betreft zaak waarin de Ontvanger teruggaven premieheffing heeft verrekend met (volgens belanghebbende: verjaarde) belastingaanslagen

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende zijn aanslagen premieheffing opgelegd resulterend in teruggaven. De Ontvanger heeft aan belanghebbende medegedeeld dat voornoemde teruggaven zijn verrekend met andere aanslagen. Belanghebbende heeft zich erop beroepen dat de aanslagen waarmee is verrekend, op grond van artikel 13 Landsverordening op de invordering van directe belastingen 1943 zijn verjaard, zodat de Ontvanger daarmee de teruggaven niet had mogen ...

Belastingrechter in Europees Nederland heeft het aannemelijk geoordeeld dat de Curaçaose vennootschap – op naam waarvan aanslagen zijn gesteld – niet meer bestond, maar de Nederlandse belastingdienst vordert bij de burgerlijke rechter in Curaçao verklaring van recht dat de vennootschap nog bestaat. Gemeenschappelijk Hof overweegt dat ook Curaçao een gesloten stelsel van rechtsbescherming in het belastingrecht kent en dat uit artikel 40 Statuut voortvloeit dat dit oordeel van de belastingrechter in Europees Nederland ook de weg naar de burgerlijke rechter in Curaçao afsluit

Samenvatting zaak In deze interessante Curaçaose interregionaal-privaatrechtelijke zaak met betrekking tot een Nederlandse belastingaangelegenheid is het volgende aan de orde. Een in Curaçao gevestigde vennootschap (hierna: “de vennootschap”) is per 8 juli 2015 in liquidatie getreden. Volgens het uittreksel uit het handelsregister is op 28 juli 2015 de slotverantwoording geregistreerd en is de registratie van de vennootschap in het handelsregister per die datum geëindigd. Op 31 juli 2015 is in ...

Annotatie bij Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, 19 maart 2020, ECLI:NL:OGEAC:2020:55 – mr. K.M.G. Demandt

Annotatie bij Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, 19 maart 2020, ECLI:NL:OGEAC:2020:55 door mr. K.M.G. Demandt Betreft: ECLI:NL:OGEAC:2020:55 Voor een samenvatting van deze belastingzaak door de redactie van het CFN, zie dit artikel in het CFN van 3 april 2020, nr. 2020/39, met als INHOUDSINDICATIE: Hof oordeelde eerder dat de verplichting tot het doen van aangifte reeds voortvloeit uit de belastingplicht voor de winstbelasting, zonder dat daarvoor door de Inspecteur ...

Verzoek om stukken in het kader van een belastingprocedure niet aangemerkt als een wob-verzoek. Betrof een verzoek voor de onderbouwing van een beroep op het gelijkheidsbeginsel en de meerderheidsregel inzake de toeristenbelasting

Samenvatting zaak In deze Bonairiaanse bestuursrechtelijke zaak op het gebied van de openbaarheid van bestuur is het volgende aan de orde. Eiseres, gevestigd te Bonaire, heeft op 30 januari 2019 een verzoek gedaan (het verzoek) om op grond van artikel 3 van de Wet openbaarheid van bestuur BES (hierna: “Wob BES”) alle documenten te openbaren over de bestuurlijke aangelegenheid van de uitvoering van de heffing van de toeristenbelasting in de ...

Hof oordeelde eerder dat de verplichting tot het doen van aangifte reeds voortvloeit uit de belastingplicht voor de winstbelasting, zonder dat daarvoor door de Inspecteur een aangiftebiljet hoeft te worden uitgereikt. Indien die opvatting voor alle aangiftebelastingen zou gelden, gaat het Gerecht in onderhavige omzetbelastingzaak contrair

Samenvatting zaak In deze Curaçaose formeelbelastingrechtelijke zaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende is met dagtekening 19 november 2018 een naheffingsaanslag in de omzetbelasting over het tijdvak juli 2018 opgelegd van NAf 1.000 (nr. 0218154659007). Aan belanghebbende is met dagtekening 29 november 2018 een naheffingsaanslag in de omzetbelasting over het tijdvak augustus 2018 opgelegd van NAf 1.000 (nr. 0218154984108). Daarbij is een verzuimboete opgelegd van NAf 100 vanwege ...

Spreidingsregeling moet worden beschouwd als begunstigend beleid, niet als toepassing van de hardheidsclausule. Premies AOV/AWW en AZV geen ‘belasting’ in de zin van die regeling

Samenvatting zaak In deze Arubaanse inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde. Belanghebbende, wonende te Aruba, was in dienstbetrekking werkzaam bij een NV. De NV exploiteerde “Z”. Vanwege de sluiting van Z is een Sociaal Plan opgesteld, waarin onder meer is voorzien in een beëindigingsvergoeding voor de werknemers ten aanzien van wie de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd. De werknemers die hebben ingestemd met een beëindiging van de arbeidsovereenkomst hebben deze beëindigingsvergoeding ...

Hof van oordeel dat de hoofdelijke aansprakelijkheid van de bestuurder voor door de vennootschap verschuldigde winstbelasting reeds ontstaat op het moment dat het boekjaar van de vennootschap ten einde loopt

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak over bestuurderdersaansprakelijkheid met betrekking tot winstbelastingschuld van een vennootschap is het volgende aan de orde. Feiten (kort samengevat) NV is opgericht in 1999 en exploiteerde casino’s. Belanghebbende is van 15 april 2014 tot 24 juni 2015 directeur geweest van de NV. Aan de NV is op 30 september 2013 een definitieve aanslag winstbelasting voor het jaar 2007 opgelegd. Op het aanslagbiljet is onder meer ...

Eindbeschikking Hof inzake de vraag of een medewerker met publiekrechtelijke aanstelling bij de universiteit op grond van de CAO ook recht heeft op cessantia-uitkering

Samenvatting zaak In deze Curaçaose civielrechtelijke zaak met raakvlakken met de Caribische belastingpraktijk heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (hierna: het Hof) reeds op 4 december 2018 een tussenbeschikking gegeven (ECLI:NL:OGHACMB:2018:222). Wij rapporteerden daarover met een artikel in het CFN van 8 maart 2019. Op 25 juni 2019 heeft het Hof een eindbeschikking gegeven in deze zaak (ECLI:NL:OGHACMB:2019:108). Korte samenvatting van de feiten en de litigieuze kwestie Bij besluit van het ...

Ook Hof wijst vordering vergoeding geleden schade wegens het onthouden van een positieve verklaring van fiscaal gedrag af. Weliswaar staat vast dat de vernietigde aanslagen van meet af aan onrechtmatig waren, maar het vereiste causaal verband tussen het onrechtmatig handelen en de gestelde schade ontbreekt

Samenvatting zaak In deze Arubaanse civielrechtelijke zaak met evidente raakvlakken met de belastingpraktijk is het volgende aan de orde. Het betreft hier een hoger beroepzaak bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: het Hof) tegen een op 9 mei 2018 uitgesproken vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (hierna: het Gerecht). Vermoedelijk – doch daarvan vinden wij, ...

Inspecteur heeft tegen beter weten in na bezwaar de aanslag gehandhaafd, zodat sprake is van een aan de inspecteur te wijten ernstige onzorgvuldigheid. Gerecht kent integrale proceskostenvergoeding toe

Samenvatting zaak In deze Curaçaose winstbelastingzaak is het volgende aan de orde. Aan belanghebbende, gevestigd te Curaçao, is in 2016 een aanslag winstbelasting voor het jaar 2003 opgelegd. Belanghebbende heeft op 19 augustus 2016 bezwaar gemaakt tegen de aanslag en op 15 mei 2018 beroep ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraak op het bezwaar. De Inspecteur heeft hangende de beroepsprocedure op 28 mei 2019 per e-mail aan belanghebbende ...

Dwanginvorderingsverordening naar oordeel Hof van toepassing op invordering achterstallige erfpachtcanons. Ontvanger in plaats van het Land had moeten worden gedagvaard. Geschil omtrent hoogte canon kan aan burgerlijke rechter worden voorgelegd, uitgifte en in rekening brengen erfpacht zijn privaatrechtelijke rechtshandelingen

Samenvatting zaak In deze Sint Maartense privaatrechtelijke zaak met raakvlakken met de belastingpraktijk, meer in het bijzonder op het gebied van de (dwang)invordering, komt de beantwoording aan de orde van de vraag of de Dwanginvorderingsverordening van toepassing is op de invordering van achterstallige (erfpacht)canons. Het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten (hierna: het Gerecht) heeft deze vraag in het in kort geding uitgesproken vonnis van 22 december 2016 ontkennend ...

Hof oordeelt dat het Gerecht ten onrechte tot niet-ontvankelijkheid heeft geoordeeld en ten onrechte is overgegaan tot inhoudelijke zittingen. Hoewel belanghebbende daardoor onnodig kosten heeft gemaakt kent het Hof geen integrale kostenvergoeding toe, wel forfaitaire kostenvergoeding

Samenvatting zaak In deze Curaçaose zaak op het gebied van het Caribische belastingprocesrecht is het vollgende aan de orde. Belanghebbende, wonend in Curaçao, is directeur-grootaandeelhouder van een N.V. Over het jaar 2004 is aan belanghebbende een taxatieve aanslag inkomstenbelasting opgelegd. Ook is een aanslag over het jaar 2005 opgelegd waarbij het aangegeven belastbaar inkomen is gevolgd. Belanghebbende heeft op 29 maart 2009 tegen beide aanslagen bezwaar aangetekend. Naar aanleiding van ...

Kantongerecht wijst vordering opschorting rechtswerking Wet Rij- en Voertuigenbelasting 2018 in kort geding af (Suriname)

Samenvatting zaak In deze Surinaamse zaak inzake de rechtswerking van de Rij- en Voertuigenbelasting, aanhangig gemaakt door de Stichting Centre for Public Affairs Suriname gevestigd te Paramaribo (Suriname), eiseres in deze zaak, tegen de Staat Suriname, is het volgende aan de orde. Bij wet van 14 september 2018 S.B. 2018 no. 85, Wet Rij- en Voertuigenbelasting 2018 is vastgesteld dat met ingang van 1 januari 2019, belasting wordt geheven op ...

Gerecht oordeelt dat Ontvanger niet tot aansprakelijkstelling van de directeur kon overgaan. Ontvanger handelde overeenkomstig het beleid dat wordt gevoerd als het verzoek zou worden toegewezen, namelijk dat uitstel van betaling wordt verleend

Samenvatting zaak In deze Arubaanse zaak gaat het om de bestuurderdersaansprakelijkheid met betrekking tot winstbelastingschuld van de vennootschap. Het volgende is aan de orde. Feiten (kort samengevat) NV is opgericht in 1999 en exploiteerde casino’s. Belanghebbende is van 15 april 2014 tot 24 juni 2015 directeur geweest van de NV. Aan de NV is op 30 september 2013 een definitieve aanslag winstbelasting voor het jaar 2007 opgelegd. Op het aanslagbiljet ...

Vraag of medewerker met publiekrechtelijke aanstelling bij de universiteit op grond van de CAO ook recht heeft op cessantia-uitkering. Niet bestuursrechter maar civiele rechter als restrechter bevoegd

Samenvatting zaak In deze Curaçaose civielrechtelijke zaak met raakvlakken met de Caribische belastingpraktijk is het volgende aan de orde. LET OP: dit betreft een tussenbeschikking. Voor de eindbeschikking van het Gemeenschappelijk Hof, zie: ECLI:NL:OGHACMB:2019:108. Bij besluit van het college van curatoren van (de rechtsvoorganger van) UoC is belanghebbende, appellant in deze zaak, in tijdelijke dienst van een jaar benoemd met ingang van 1 augustus 1984. Dit benoemingsbesluit luidt, voor zover ...

Inspecteur heeft toegezegd de voorlopige aanslag OZB te zullen vernietigen, waardoor het belang aan de beroepsprocedure is komen te ontvallen. In het belang van een efficiënte afdoening gaat het Gerecht echter over tot gegrondverklaring en vernietiging van de aanslag

Samenvatting zaak In deze Curaçaose belastingzaak is aan belanghebbende een voorlopige aanslag onroerendezaakbelasting (OZB) voor het jaar 2016 opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslag. Belanghebbende heeft in dat verband betoogd dat hij geen genothebbende is van de onroerende zaak. De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar de voorlopige aanslag gehandhaafd. Tegen de uitspraak is door belanghebbende beroep ingesteld. Kort samengevat wordt het beroep door het Gerecht in eerste ...

Omdat de Inspecteur in het verweerschrift heeft aangegeven dat de naheffingsaanslag en verzuimboete ten onrechte zijn opgelegd, komt in beginsel het belang aan de beroepsprocedure te ontvallen. In het belang van een efficiënte afdoening gaat het Gerecht echter niet over tot een niet-ontvankelijkverklaring, maar tot gegrondverklaring en vernietigt de aanslag en de boete en kent een proceskostenvergoeding toe

Belanghebbende heeft op voorlopige aangifte, op 23 maart 2015, winstbelasting over het jaar 2014 voldaan ten bedrage van NAf 55.638. De Inspecteur heeft op 30 juni 2016 een naheffingsaanslag winstbelasting over het jaar 2014 opgelegd van NAf 55.638, vanwege het niet (tijdig) betalen van de verschuldigde winstbelasting. Belanghebbende heeft daartegen bezwaar en beroep ingesteld. Belanghebbende heeft in haar bezwaarschrift verzocht om een kostenvergoeding. De Inspecteur heeft in het verweerschrift aangegeven ...