icb-instituut Geen reacties

Samenvatting zaak

In deze Curaçaose inkomstenbelastingzaak is het volgende aan de orde.

Aan belanghebbende zijn aanslagen in de inkomstenbelasting en premie AVBZ opgelegd. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslagen, maar de Inspecteur heeft de bezwaren afgewezen. Belanghebbende heeft beroep ingesteld.

Hangende de beroepsprocedure is tegemoetgekomen aan de bezwaren van belanghebbende. Aan belanghebbende is aftrek van verwervingskosten van NAf 500 toegekend. Van de vermindering is door de Inspecteur een schermprint overgelegd.

Kort en zakelijk samengevat wordt het beroep door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (hierna: het Gerecht) als volgt beoordeeld.

Hangende de beroepsprocedure is tegemoetgekomen aan de bezwaren van belanghebbende. Dit brengt mee dat dit beroep niet meer tot een voor belanghebbende gunstiger resultaat kan leiden. Daarmee komt het belang aan deze beroepsprocedure te ontvallen (vgl. HR 8 september 2006, ECLI:NL:HR:2006:AU4755; HR 3 december 2010, ECLI:NL:HR:2010:BO5988; HR 15 januari 2016, ECLI:NL:HR:2016:43). Nu belanghebbende geen belang meer heeft bij een uitspraak op het beroep, dient dit beroep blijkens voornoemde jurisprudentie niet-ontvankelijk te worden verklaard.

Nu de Inspecteur geheel aan de bezwaren van belanghebbende tegemoet is gekomen, dient als hoofdregel de Inspecteur de proceskosten en het griffierecht te vergoeden (vgl. HR 10 augustus 2012, ECLI:NL:HR:2012:BX4045). Van proceskosten is niet gebleken.

Het Gerecht verklaart het beroep niet-ontvankelijk en draagt de Inspecteur op het door belanghebbende betaalde griffierecht te vergoeden.

 

CFN-artikelnummer 20201127-16

 

BRONDOCUMENT (ECLI:NL:OGEAC:2020:250 – uitspraak Gerecht in eerste aanleg)

BRON: www.rechtspraak.nl

 

LET OP: Dit artikel bevat slechts een korte omschrijving door onze redactie van de essentie van (een deel van) de betreffende uitspraak gevolgd door een (uitgebreide) samenvatting door onze redactie van (een deel van) de betreffende uitspraak. Het bovenstaande artikel bevat derhalve niet de integrale, woordelijke tekst van de betreffende rechterlijke uitspraak! Voor de volledige weergave van de uitspraak verwijzen wij naar de uitspraak zelf. Een weergave daarvan stond op het moment van publicatie van dit artikel gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, op welke versie wij ons hebben gebaseerd. Hoewel wij bij het opstellen van dit artikel zorgvuldigheid hebben betracht, pretenderen de essentie en de samenvatting – mede gezien het karakter daarvan – niet alle (juridische) aspecten, overwegingen, essenties en nuances van de uitspraak, van de daarin beschreven feiten of van het daarin opgenomen gerechtelijk oordeel uitputtend en volledig accuraat weer te geven. De essentie en de samenvatting beogen ook niet een (juridische) opinie te geven over (een deel van) de uitspraak of daaraan een (juridische) interpretatie te geven.

Land/gebiedsdeel: Curaçao
Betreft: Formeel belastingrecht, belastingprocesrecht, inkomstenbelasting, IB, premie AVBZ, AVBZ, premieheffing AVBZ, hangende de beroepsprocedure tegemoetkomen aan de bezwaren, hangende de beroepsprocedure, tegemoetgekomen aan de bezwaren van belanghebbende, geen belang meer, geen belang meer bij het beroep, belang aan beroepsprocedure ontvallen, beroep kan niet meer tot een voor belanghebbende gunstiger resultaat leiden, ontvankelijkheid, ontvankelijkheid beroep, niet-ontvankelijk, een voor belanghebbende gunstiger resultaat, proceskostenvergoeding, proceskosten, vergoeding griffierecht, griffierecht, Curaçao belastingen, belastingrecht Curaçao, Curaçao belastingrecht, belasting Curaçao, belastingen op Curaçao, Curaçao belastingen, belastingrecht Curaçao, Curaçaos belastingrecht, belastingen op Curaçao, Antillen belastingen, belastingrecht Antillen, Antilliaans belastingrecht, belastingen op de Antillen, Nederlandse Antillen belastingen, belastingrecht Nederlandse Antillen, Nederlands Antilliaans belastingrecht, belastingen op de Nederlandse Antillen,
Verordening/wet:  
Belastingjaar/-tijdvak: 2017
Datum uitspraak (arrest): 06-11-2020
Instantie en

Zaaknummer:  

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (het Gerecht), zaaknummer(s) BBZ nrs. CUR201903828 en CUR201903829.
Bron en ECLI: www.rechtspraak.nl

ECLI:NL:OGEAC:2020:250 (uitspraak Gerecht in eerste aanleg)